2019 | Terugblik op mijn wandeljaar

Uitzicht op de Lek tijdens het Klompenpad Lint- en Liniepad

2019 was een goed wandeljaar. Heel afwisselend ook. In tegenstelling tot voorgaande jaren. In 2017 ontdekte ik de langeafstandspaden en liep in dat jaar bijna alle etappes van het Jacobspad. Ook in 2018 lag de focus op één pad, het Westerborkpad. In 2019 zijn het vooral veel verschillende paden geworden. Met veel verschillende mensen en ook alleen.

Welke soorten routes liep ik in 2019?

LangeAfstandsWandeling (LAW)

In de categorie LAW’s liep ik de laatste twee etappes van het Westerborkpad en eindigde heel toepasselijk op 4 mei op het eindpunt in Kamp Westerbork. Ook begon ik dit jaar aan het Marskramerpad. Nadat een vriendin in 2018 in vijf weken het Pieterpad liep, had het wandelvirus haar te pakken en spraken we af om met zijn tweeën van Bad Bentheim naar Scheveningen te lopen. We zijn dit jaar in de buurt van Deventer geëindigd. In 2020 gaan we weer verder.

Met deze Pieterpad-vriendin liep ik in 2018 twee etappes mee van dit pad der paden. Dat smaakte naar meer en dit jaar besloot ik om de komende jaren het Pieterpad helemaal te lopen. In 2019 maakte ik daar een beginnetje mee op de grens van Groningen en Drenthe, samen met een enthousiaste collega.

Streekpad

Noardlike Fryske Wâlden Streekpad: Bûtenfjild boven Feanwâldsterwâl

Met het relatief nieuwe Noardlike Fryske Wâlden Streekpad in een onbekende streek van Friesland, begon ik in februari dit jaar. Helaas ben ik dit jaar niet verder gekomen dan drie etappes. Ik hoop in 2020 wat meer kilometers te maken. De Noardlike Fryske Wâlden zijn namelijk verrassend mooi.

Wandelnetwerkpad

Christoffelpad: Natuurgebied de Olde Maten

Overijssel kent verschillende wandelnetwerken. Binnen deze netwerken zijn meerdere meerdaagse wandelrondjes gemarkeerd. In 2018 begon ik met het Salland Pad dat – niet geheel verrassend – een rondje Salland doet. In 2019 liep ik minder etappes van dit pad dan ik wilde. Het openbaar vervoer in deze contreien bestaat voornamelijk uit buurtbussen die alleen door de week rijden. Mijn vrije tijd zit voornamelijk in het weekend. Dus dat schoot niet echt op.

Een nieuw gemarkeerd rondje binnen zo’n Overijssels wandelnetwerk is het Christoffelpad. In twee afzonderlijke dagen liep ik in 2019 dit rondje van ruim 45 km door Zwartewaterland en nationaal park Weerribben-Wieden. Een mooie, relatief onbekende route in de kop van Overijssel, ook ideaal voor een wandelweekend. Met een groot voordeel: het OV rijdt ook in het weekend.

Overige wandelingen

Trage Tocht Zoutelande

Naast de langere wandelroutes liep ik verschillende eendaagse wandeltochten zoals Groene Wissels en Trage Tochten (ook vaak zonder blogpost). Hier zaten ook enkele zogenaamde Stadswissels bij, zoals deze in Middelburg. Dit zijn wat langere stadswandelingen die je op interessante plekken in en om het centrum brengen. Ook liep ik eindelijk de N70 in het Rijk van Nijmegen, een van de mooiste routes van dit jaar en liep ik op de eerste dag van 2019 een Teutoschleife in het Teutoburgerwald. In de laatste maand van het jaar liep ik mijn eerste Klompenpad en ontdekte een deel van de Nieuwe Hollandse Waterlinie.

De feiten op een rijtje

In welke landen en provincies?

• Duitsland: Teutoburgerwald
• Drenthe
• Friesland
• Gelderland
• Groningen
• Overijssel
• Utrecht
• Zeeland

Welke paden begonnen in 2019?

• Christoffelpad
• Noardlike Fryske Wâlden Streekpad
• Marskramerpad

Welke paden afgerond in 2019?

• Westerborkpad
• Christoffelpad

Wat waren echte aanraders?

Pieterpad tussen Groningen en Zuidlaren

• Op de N70 bij Nijmegen waan je je in het buitenland, maar de vele heuvels daar zijn toch echt Nederlands.
• Bij de Trage Tocht Zoutelande volg je de Zeeuwse kustlijn en heb je prachtige uitzichten over de zee.
• Bij de Marskramerpad-etappe Bad Bentheim – Oldenzaal loop je van Duitsland naar Nederland door zeer afwisselend landschap.
• Het Pieterpad tussen Groningen en Zuidlaren was verrassend mooi, zeker in de herfst. Je ziet echt dat je een andere provincie in loopt.

Wat viel tegen?

Een heuse berg op het Westerborkpad van Hoogeveen naar Beilen

Eigenlijk vrij weinig. Elke route had weer haar eigen charme. De Westerbork-etappe Hoogeveen – Beilen liep door veel natuurschoon maar ook over lange rechte wegen langs het spoor. Bij deze LAW gaat het in de eerste plaats om de geschiedenis. En dat is ook de reden waarom ik dit pad heb gelopen.

Kortom

Ik kan terugkijken op een goed wandeljaar. Die afwisseling in wandelingen bevalt me prima en daar ga ik zeker mee door in het nieuwe jaar. Op naar een verrassend en wandelrijk 2020!

Hoe was jouw wandeljaar?

Verdwenen kloosterlingen

Soort gedicht: Muurgedicht
Waar: Ten Boer
Dichter: Jean Pierre Rawie

Het is februari 2017 en ik heb net 17 kilometer afgelegd over Groningse plattelandswegen. Het Jacobspad is nog onontdekt terrein voor me en ik ben blij deze winterse etappe tot een goed einde te hebben gebracht. De komende maanden loop ik het zuiden en de betere seizoenen tegemoet om bijna een jaar later te eindigen in een Overijsselse Hanzestad.

Maar zover is het nog lang niet. Op dit moment loop ik het Groningse plaatsje Ten Boer in. Als het centrum van het dorp in zicht komt, loop ik bijna tegen de gevel op waar levensgroot een gedicht van Jean Pierre Rawie te lezen is. Een foto is snel gemaakt en bijna een jaar later ben ik mijn jongere ik dankbaar voor die actie. Met de Elke Maand Een Straatgedicht-uitdaging komt het gedicht nu goed van pas.

Jean Pierre Rawie (1951) is geen onbekende voor me. Tijdens mijn studie in Groningen kwam ik deze Groningse dichter regelmatig tegen. In dichtvorm wel te verstaan. Zijn gedichten gaan over de bekende thema’s in het leven zoals liefde en dood. Enige ironie is hem niet vreemd. Zo staat het gedicht Finis (uit: Het meisje en de dood, 1979) me nog helder voor de geest. Hij neemt hierin alvast een voorproefje op zijn eigen overlijden en schrijft een overlijdensbericht. De eerste strofe luidt:

Heden is, na een langdurig lijden
dat hij met godsvertrouwen droeg,
Jean Pierre Rawie van ons verscheiden,
Hij komt dus niet meer in de kroeg.

De dichter staat bekend om zijn flamboyante levensstijl. De drank heeft hem eind jaren 80 zelfs bijna zijn leven gekost. Tegenwoordig behoort Rawie tot de bestverkopende dichters van Nederland. Regels uit zijn gedichten worden vaak gebruikt in rouwadvertenties.

Nu kom ik hem hier tegen, in dit dorp, 10 kilometer van ‘Stad’, zoals Groningen door de Groningers genoemd wordt. Het gedicht uit mei 2007 is speciaal geschreven voor het nieuwe dorpscentrum met winkels en appartementen dat naar deze plek is verplaatst. Voorheen bevond het centrum zich op de Wierde, de plek waar in de 13e eeuw een nonnenklooster stond. Al wat nu nog rest van het benedictinessenklooster is de kerk. Statig en indrukwekkend, omsloten door de huizen van het dorp.

Het dunbevolkte gebied herbergt veel geschiedenis. Pas als je je er in verdiept, realiseer je je dat de wereld hier er vele eeuwen geleden heel anders uitzag. Tijdens de Groningse etappes van het Jacobspad ervoeren we dit aan den lijve. We passeerden meerdere plekken waar in vroeger tijden grote kloosters stonden, liepen over kerkepaden en bezochten indrukwekkende kerken in bijna verlaten dorpjes.

Het gedicht op de muur in Ten Boer past heel goed bij deze langeafstandwandeling en gaat als volgt:

De eeuwen kwamen en de eeuwen gingen.
De kleine dorpskern op de zwarte klei
veranderde met de veranderingen.
De stad kroop ieder jaar wat naderbij,

en veel verdween. De vroegere abdij
is heen, heen zijn de vrome kloosterlingen –
maar in de wind is het soms weer of wij
hen door de nieuwbouwwijken horen zingen.

mei 2007
Jean Pierre Rawie

Het verwoordt wat voor meerdere Groninger dorpen geldt. Door de eeuwen veranderen met de veranderingen de dorpen. En veel verdwijnt. En toen ik in het verlaten dorpje Wittewierum tussen de eeuwenoude omgevallen en halfvergane grafstenen stond – ooit de plek waar het beroemde klooster Bloemhof van abt Emo (van Emo’s reis van Dick E.H. de Boer) gevestigd was – kwam de geschiedenis wel heel dichtbij. Het leek zelfs even of ik in de wind de kloosterlingen hoorde zingen.

Ik hou ervan, gedichten op onverwacht plekken. Poëzie, die soms letterlijk op straat ligt. Straatgedichten heten ze, ‘streetpoetry’ in het Engels. Instagram staat er vol mee. Ikzelf heb inmiddels ook een kleine fotoverzameling aangelegd. Kijk maar eens om je heen als je door een plaats of zelfs over een station loopt. Het zijn er meer dan je denkt en hun aantal groeit gestaag. In 2018 staat op deze blog elke maand een straatgedicht centraal (#EMES2018). De straatgedichten vind je hier. Welke straatgedicht is jou opgevallen?

Jacobspad etappe 12: Zwarte Dennen – Hasselt

Route: Jacobspad Uithuizen – Hasselt
Afstand: 17 km
Startpunt: Parkeerplaats De Zwarte Dennen, Punthorst
Eindpunt: Parkeerplaats Van Nahuysweg, Hasselt

Het oude centrum van Hasselt

Door gladheid ging de laatste etappe van het Jacobspad op de geplande datum in december niet door. Begin januari is de temperatuur ver boven nul dus starten we met zijn vijven in de Zwarte Dennen met de laatste etappe van mijn eerste langeafstandspad ooit. Het is droog en er is een aarzelend zonnetje. Prima wandelweer.

Al snel laten we de Zwarte Dennen achter ons

Het grootste gedeelte van de Boswachterij Staphorst liepen we in november, waardoor we vandaag na een paar kilometer via de Vijverweg het bos achter ons laten. Voor ons liggen rechte lange wegen door een open landschap. Over de Schapendijk komen we in Punthorst, een plaatsje waar net als in Staphorst, de klederdracht nog in zwang is. Bij een boerderij zien we een oude vrouw in klederdracht in de voortuin bezig. Haar buurman groet ons hartelijk en wenst ons een goede wandeling.

Op de Domineesakker slaan we af en kruisen we de spoorlijn richting het noorden. In de tijd dat we langs het spoor lopen, zien we meerdere treinen passeren. Een druk tracé. Een van mijn medewandelaars denkt dat er in de huizen langs het spoor wel treinliefhebbers moeten wonen. Het doet hem denken aan een vroegere collega. Zij werkten in een gebouw aan het spoor en hij wist precies wanneer welke trein langskwam. “De trein van 10.22 uur is laat vandaag” merkte hij dan op, waarna hij weer doorging met zijn werkzaamheden. Zou dat ook zo zijn voor de bewoners van de huizen aan het spoor hier?

Als we van het spoor afbuigen komen we al snel in Rouveen uit. Via een drukke weg lopen we een stukje door het dorp om vervolgens af te slaan naar het Groensland, een lange rechte weg met aan weerszijden weilanden. In de verte zien we de Koperen Hoogte, een oude watertoren in Lichtmis waar nu een restaurant in zit. We komen geen bankjes tegen en besluiten staand onze lunch te nuttigen langs de kant van de weg. Voor deze laatste etappe hebben mijn medewandelaars uitgepakt. Iedereen heeft wat lekkers meegenomen: zelfgebakken tulband, snoepkomkommers, mueslikoekjes. Ik heb wel eens mindere lunches gehad!

Aan de horizon zie je de Koperen Hoogte

In de verte zien we al een tijdje de kerktoren van Hasselt liggen. De Hanzestad komt steeds dichterbij. Over een fietspad langs de oude vaart lopen we het stadje in. Via buitenwijken komen we uit in het oude centrum en belanden uiteindelijk op de Markt. Een mevrouw ziet onze wandelschoenen en spreekt ons aan. Ze blijkt het Jacobspad te kennen. Wij kunnen – net als de Friese variant van Jacobspad (het Jabikspaad) – onze laatste stempel halen bij het Toeristisch Informatie Punt (TIP) in het historische stadhuis. Dit blijkt echter gesloten in de winter. De mevrouw doet de suggestie om het bij een kantoorboekhandel om de hoek te proberen. En daar krijgen we inderdaad onze laatste stempel.

Twee stempels: één uit Zeerijp en één uit Hasselt

En dan is het officieel. We hebben het Jacobspad uitgelopen! Een jaar geleden in Uithuizen leek Hasselt nog zo ver weg. In twaalf maanden hebben we drie provincies doorkruist, vier seizoenen meegemaakt, in regen, sneeuw, wind en zon gelopen. We zijn op plekken geweest waar we anders nooit waren gekomen, over paden gelopen die daar al honderden jaren lagen, gelezen over onbekende geschiedenissen. ‘Hoe velen zijn niet deze weg gegaan’ staat er te lezen bij het TIP in Hasselt. Getuige de gastenboeken in de kerken onderweg zijn inderdaad vele wandelaars ons voorgegaan. Maar we zijn ze helaas niet tegengekomen.

Wel had ik altijd voldoende medewandelaars die stiekem ook een beetje besmet zijn geraakt met het langeafstandwandelvirus. Het volgende langeafstandspad is daarom alweer gepland. Binnenkort starten we in Lauwersoog met het Friese Woudenpad. Een ander gebied, een andere historie, maar vast net zo verrassend als het Jacobspad.

Benieuwd naar de andere etappes van het Jacobspad Uithuizen – Hasselt? Hier vind je de verhalen over de etappes tot nu toe.

Jacobspad etappe 11: Echten – Zwarte Dennen

Route: Jacobspad Uithuizen – Hasselt
Afstand: 19 km
Startpunt: Vakantiepark Westerbergen, Echten
Eindpunt: Parkeerplaats Zwarte Dennen, Punthorst

De Hoogeveense vaart als de zon nog schijnt

Op een echte herfstdag in november verzamelen we om 10 uur ’s ochtends op een modderige parkeerplaats in het bosgebied van de Zwarte Dennen. In één auto rijden we naar Vakantiepark Westerbergen, waar we vorig keer geëindigd zijn. Ditmaal zijn we met zijn vieren en beginnen vol goede moed aan deze etappe.

Nadat we de weg verlaten waar het Vakantiepark aan ligt, bevinden we ons al snel aan de Hoogeveense vaart, waar de wind vrij spel heeft. Aanvankelijk schijnt de zon nog volop, maar donkere luchten komen snel dichterbij en onvermijdelijk barst de bui los. Een van mijn medewandelaars is blij, want nu kan hij zijn nieuwe rode poncho testen. De zonnebril die hij opzette toen de zon scheen bij vertrek houdt hij op. Na enig geworstel met de poncho – niet geholpen door de windvlagen – heeft hij hem aan. Hij doet hem de rest van de wandeling niet meer uit. Volgens mij is de poncho goedgekeurd.

De befaamde poncho

Na een natte wandeling langs de vaart steken we via de Ossesluis het water over en komen op beschutter terrein terecht. De Leijenweg is omringd door bomen die de wind tegen houden. Als we onder de A28 doorlopen, is de regen gereduceerd tot enkele druppen. We slaan af en lopen over een fietspad het gehucht Eemten in. De zon is weer tevoorschijn gekomen en de bruinrode bladeren steken fel af tegen de donkere lucht.

Herfstkleuren in november in Eemten

Na het buurtschap Haalweide zien we De Wijk liggen. Via een zandpad – een geliefd paadje onder hondenliefhebbers, merken we – lopen we gedeeltelijk om de plaats heen. Als we afslaan naar het centrum, blijken er grote nesten in de bomen te zitten waar het pad onderdoor loopt. Welke vogels maken hier in het voorjaar weer gebruik van? Er is maar één manier om hier achter te komen.

De enorme nesten

Langs de molen lopen we over de dorpsstraat en strijken neer in een grand café om warm te worden en uiteraard voor de cappuccino. We hebben er 10 km op zitten, koffie gaat er wel in. We timen het net goed. Een fikse regenbui slaat tegen de ramen. Als we verder gaan, leidt de route ons De Wijk uit richting landgoed Dickninge. Het is een mooi pad langs de ijsbaan. De combinatie van zon en donkere luchten leveren prachtige foto’s op.

De ijsbaan bij landgoed Dickninge

Op de site van het Jacobspad stond vermeld dat de route nu om landgoed Dickninge heen loopt in plaats van eroverheen. De route is gedeeltelijk opnieuw bewegwijzerd. We zien geen omleiding maar volgen de bordjes en als die ontbreken slaan we op de gok af in de goede richting. Zonder omwegen komen we uit op de goede route. Zo kan het dus ook. We zijn de vorige etappe al meer dan genoeg verkeerd gelopen!

De Reest vormt de grens tussen Drenthe en Overijssel

Na het landgoed kruisen we het riviertje de Reest en lopen een nieuwe provincie in: Overijssel. De derde en tevens laatste provincie die we zien op het Jacobspad. Via Halfweg lopen we Boswachterij Staphorst in. We worden verrast. De zon laat de herfstbladeren mooi uitkomen en over afwisselend grotere en kleinere onverharde wegen komen we uit bij een meertje met een bankje. Een goede lunchplek besluiten we. De ganzen op het meer zwemmen ongestoord verder als wij ons brood tevoorschijn halen.

Lunch met uitzicht

Na de regenbuien van vanochtend was een bankje in de zon op zo’n plek niet iets wat ik direct verwacht had, maar dat is het leuke van wandelen. Verwacht het onverwachte! Na de lunch lopen we langs heidevelden, kruisen verschillende mountainbikepaden en komen compleet bemodderde mtb-ers tegen. Zij liever dan wij. Het is, ondanks de zon, knap koud.

Als we de recreatieplas Zwarte Dennen zien, weten we dat de auto niet ver meer is. Meer mensen zijn er nog even uitgegaan op deze onverwachts zonnige zondagmiddag. De paden zijn beduidend drukker dan vanochtend. Ook de parkeerplaats is een stuk voller. Met onze modderige schoenen stappen we voorzichtig in de auto en rijden terug naar Echten voor een laatste glimp Drenthe.

In december staat de laatste etappe op de planning. Vanaf de Zwarte Dennen lopen we dan naar Hasselt. Het eindpunt van de route die in januari in Noord-Groningen startte, in de sneeuw. Wie weet hoe de wereld er volgende maand uitziet…

Benieuwd naar de andere etappes van het Jacobspad Uithuizen – Hasselt? Hier vind je de verhalen over de etappes tot nu toe.

Jacobspad etappe 10: Dwingelderveld – Echten

Route: Jacobspad Uithuizen – Hasselt
Afstand: 16 km
Startpunt: Bezoekerscentrum Dwingelderveld, Ruinen
Eindpunt: Vakantiepark Westerbergen, Echten

De Ruiner Aa in de herfst

Op de dag van de derde herfststorm van dit seizoen wandelen we alweer de tiende etappe van het Jacobspad. De voorspellingen zijn niet al te best maar, doorgewinterde wandelaars als we zijn, gaan we gewoon op pad. Uiteindelijk valt het altijd weer mee, is onze ervaring. En dat blijkt vandaag ook zeker het geval.

We zijn met zijn vijven, waaronder weer een nieuwe medewandelaar. Het Jacobspad wordt steeds populairder! We starten op de parkeerplaats van bezoekerscentrum Dwingelderveld. Begeleid door een paar pittige buien lopen we de weg af richting Ruinen, maar slaan al snel af op een fietspad dat ons langs molen De Zaandplatte voert.

Molen De Zaandplatte

Tegen de (op dat moment) blauwe lucht torent de molen boven ons uit. Ervoor zien we een bordje staan dat we nog niet eerder zagen. Het ANWB bordje markeert de kinderfietsroute Volg het Vossenspoor. ‘Opdracht’ staat eronder. Wat een leuk idee! Niet alleen kunnen kinderen hun eigen fietsroute volgen, ook zijn er opdrachten aan verbonden. Het blijkt voor kinderen van 6 tot 12 jaar te zijn. Bij de route hoort een speciaal boekje met verhalen, tekeningen en opdrachten. Op deze website vind je meer informatie.

Een fietsroute speciaal voor kinderen

Na de molen is Ruinen niet ver meer. Via Engeland lopen we het dorp binnen. Er zijn weinig mensen op straat en de horeca lijkt gesloten. Bij de Mariakerk blijkt het restaurant toch open te zijn. Hier genieten we van de bijna traditionele cappuccino met appeltaart. We zitten half buiten op een overdekt terras en krijgen zo nog een beetje een terrasgevoel, eind oktober. Heerlijk!

Na de koffie lopen we Ruinen uit. Langs de rand van het dorp vervolgen we onze weg, totdat we afslaan op het Rietepad. We steken we de Ruiner Aa over, wat mooie plaatjes oplevert. We lopen door Hees en buigen dan af naar Boswachterij Ruinen.

We naderen Boswachterij Ruinen

Als we de N375 oversteken staan we vrijwel gelijk in het bos. Op het kaartje lijkt de route zo simpel: alsmaar rechtdoor en dan het heideveld met watertje rechtsom nemen. In de praktijk blijkt dit toch niet zo gemakkelijk te zijn. Zoals wel vaker gebeurde afgelopen jaar in de bosrijke omgevingen op het Jacobspad, raken we wederom de weg kwijt. We denken dat we het heideveld met meertje nog wel gevonden hebben. We lunchen in ieder geval aan de oever van een idyllisch vennetje. Hier genieten we van het inmiddels traditionele lekkers dat een van de wandelaars elke etappe meeneemt. In dit geval was het overheerlijke baklava.

Als we weer verder lopen blijkt een paar meter van ons bankje het pad versperd door een slang. Nou ja, slangetje. Een hazelworm, concludeert een medewandelaar, maar de tekening op zijn rug doet ons toch twijfelen. We maken snel een foto en de slang in kwestie wordt later door de boswachter in het bezoekerscentrum Dwingelderveld geïdentificeerd als ringslang. Onze eerste slang tijdens het Jacobspad!

De slang in kwestie!

Na deze ontmoeting vervolgen we het pad, maar twijfelen over de juiste weg. Met behulp van de OsmAnd-app van een medewandelaar en de kompaskwaliteiten van een andere denken we de goede richting op te lopen, hoewel het ontbreken van de Jacobspadmarkering niet heel geruststellend is. We worstelen ons door een boom die dwars over de weg is gevallen en komen uiteindelijk uit bij de fietsvariant van het Jacobspad. We zitten in ieder geval weer op de route. Met wat meer kilometers in de benen dan gepland, komen we op het Commissaris Cramerpad de wandelvariant weer tegen. We zijn weer op de goede route. Over modderige paden vervolgen we het pad.

De wandelvariant gaat over modderige paden

Na de spoorwegovergang duiken we al snel weer het (voor vandaag laatste) bos in. Via allerlei opstapjes over prikkeldraad denken we het pad weer te vinden. Maar de markering blijkt al snel niet meer aanwezig. We zigzaggen door het bos over de met bladeren bedekte bodem in wat we denken dat de juiste richting is. Het eindpunt van deze etappe is vakantiepark Westerbergen en op een gegeven moment zien we inderdaad huisjes verschijnen. Maar ja, welke kant moeten we nu op? We gaan er maar vanuit dat de aflopende huisnummers ons wel naar de uitgang van het park leiden. Helaas blijkt dit niet het geval. Wederom biedt de OsmAnd-app uitkomst op dit toch best wel grote vakantiepark in het bos.

Het pad is nauwelijks te onderscheiden

Bij de parkeerplaats spreken we, onder het genot van de overgebleven baklava, de data af voor de laatste twee etappes van het Jacobspad. Als het goed is, komen we half december in Hasselt aan. Het einde komt in zicht!

Benieuwd naar de andere etappes van het Jacobspad Uithuizen – Hasselt? Hier vind je de verhalen over de etappes tot nu toe.

Jacobspad etappe 9: Terhorst – Dwingelderveld

Route: Jacobspad Uithuizen – Hasselt
Afstand: 18 km
Startpunt: Terhorst, parkeerplaats buiten het dorp aan het Koninginnepad
Eindpunt: Bezoekerscentrum Dwingelderveld, Ruinen

Het Moordenaarsveen aan het begin van de Kraloër Heide

Bij het beantwoorden van de vragen van de Wandelen-tag schreef ik dat het beste wandelweer voor mij 20 graden en een zonnetje is. Tijdens de vorige Jacobspad-etappe in augustus waren deze omstandigheden aanvankelijk ver te zoeken. De september-etappe is echter zonovergoten. En 20 graden. Het ideale wandelweer dus voor een etappe die eigenlijk vrijwel alleen door natuur en over onverharde paden gaat.

De heide staat nog volop in bloei

We starten met zijn vieren, waaronder één wandelaar die nog niet eerder meeliep. Hij had de foto’s van de ‘incidentele’ koffie met appeltaart gezien en wilde graag deel uitmaken van die ervaring (en uiteraard meewandelen). Hij bleek een enthousiaste wandelaar die na deze etappe de smaak te pakken heeft. De oktober-etappe staat al in zijn agenda.

Vanaf de parkeerplaats in Terhorst lopen we vrijwel gelijk over een zandpad en na een paar honderd meter al midden tussen de bloeiende heide van het Terhorsterzand. Nog bedauwd van een frisse nacht levert het een mooi plaatje op. Ook de paddenstoelen zijn ruimschoots aanwezig. Het is met recht een mooie herfstdag.

Langs Camping De Bosrand lopen we naar het enige plaatsje van deze etappe, Spier. Hier komen we er niet onderuit om weer zo’n foto met koffie en appeltaart te ensceneren. Wij, de ervaren Jacobspadwandelaars, vinden dat overigens geen enkel probleem. Misschien is dit – nu de herfst zijn intrede doet – wel het laatste terrasje van het Jacobspad.

Spier: een plaatsnaam die ik, sinds we het Jacobspad in januari begonnen, tegenkwam op de borden langs de A28. Daar lopen we ook ooit langs, dacht ik dan. Nu was het zover, na 8,5 etappe staan we in Spier. Het ooit is heden geworden.

Na de koffie wandelen we richting diezelfde A28 en slaan een paadje met het bordje voetpad in. Opeens lopen we vlak langs de snelweg, slechts een slootje en een groenstrook scheidt ons van het voortrazende verkeer. Via een trap komen we uiteindelijk op een viaduct over de weg uit en lopen langs de Van der Valk waar ik afgelopen maanden zo vaak langs reed.

De A28 waar ik regelmatig overheen reed

Vlak hierna duiken we boswachterij Dwingeloo in en lopen met veel afslagen door bos en heideveld. Met dit weer een plaatje. De routeaanduidingen zijn niet overal even talrijk en zonder boekje en GPS waren we gegarandeerd de weg kwijtgeraakt. Bij een bankje in de zon stoppen we voor de lunch. Ons uitzicht is een uitgestrekt heideveld. In de verte zien we de fietsers van de fietsvariant van het Jacobspad.

Hierna volgen lange rechte wegen die naar de Dwingeloosche en Kraloër Heide leiden. We lopen langs een schaapskooi en komen steeds meer fietsers, wandelaars en ook een huifkar tegen. En geef ze eens ongelijk. Na het weer van afgelopen weken is dit een cadeautje waar we niet meer op gehoopt hadden. De Kraloër Heide is groot, uitgestrekt maar ook enigszins kaal. De bloeiende heide hebben we achter ons gelaten.

Een kilometerslang zandpad doorsnijdt de Kraloër Heide

Na een kilometerslang zandpad bereiken we weer het bezoekerscentrum Dwingelderveld waar we die ochtend één van de twee auto’s achterlieten. De parkeerplaats is een stuk drukker geworden. Voor het bord van het bezoekerscentrum willen we een foto maken van ons vieren. Eén van mijn medewandelaars vraagt een oudere man met zijn handen vol plantjes. Hij twijfelt geen moment, zet de plantjes neer en neemt vier foto’s. Vervolgens grijpt hij deze kans aan om zijn Amerika-ervaringen te delen. Hij en zijn vrouw zijn net terug van twee weken westkust en hij vond het geweldig. Twee van mijn medewandelaars kunnen meepraten over dit gebied, waardoor de man alleen maar enthousiaster wordt.

Het bewuste bord

Met moeite kunnen we ons losrukken. De man moet eigenlijk ook weer verder met de voorbereidingen voor de streekmarkt van morgen bij het bezoekerscentrum. Wij maken dankbaar gebruik van de mogelijkheid om in het bezoekerscentrum een boerderij-ijsje te halen. Op een bankje in de schaduw genieten we van deze plaatselijke lekkernij en evalueren de wandeling. Hij is te scharen onder een van de mooiste etappes die we tot nu toe gelopen hebben. Het perfecte wandelweer hielp ook een handje.

In oktober duiken we boswachterij Ruinen in voor een van de laatste etappes voor Hasselt.

Benieuwd naar de andere etappes van het Jacobspad Uithuizen – Hasselt? Hier vind je de verhalen over de etappes tot nu toe.

De Wandelen-Tag

Een zandpad onderweg op het Jacobspad Uithuizen – Hasselt

Op de blog van Vera wandelt zag ik in augustus deze tag voorbijkomen. De weken erna dook hij bij meerdere wandel- en reisbloggers op. Ze deden uit de doeken waarom ze hun wandelschoenen aantrokken en uren achtereen al wandelend binnen- en buitenland verkenden. Ik kwam bijzondere antwoorden tegen. Hieronder volgen de mijne.

Waarom wandel je?
Ik wandel al zolang ik mij kan herinneren. Van kinds af aan gingen wij elke herfstvakantie met drie generaties naar Zwitserland om de meest schitterende wandelingen te maken. De natuur, de gezelligheid en de prestatie zijn redenen die ook nu nog gelden. Je komt op plekken waar je met de fiets of auto niet komt, hebt lunches met prachtige uitzichten en ik ben soms verbaasd over hoe makkelijk ik 20 kilometers ‘wegtik’.

Steenmannetjes tijdens een wandeling naar Cabane de Moiry in het Val d’Anniviers, Zwitserland

Tegenwoordig is historie ook een belangrijke reden om een wandeling te doen. Het Jacobspad van Uithuizen naar Hasselt is het eerste langeafstandwandelpad dat ik loop en brengt me langs eeuwenoude kerken, kerkepaden, onbekende dorpjes en heel veel geschiedenis waar ik niets van af wist. Voor het Westerborkpad waar ik binnenkort mee wil starten, is historie ook de belangrijkste drijfveer.

Maar misschien nog wel de belangrijkste reden om te wandelen zijn de onverwachte, onvoorziene zaken waar je onderweg op stuit. Het zijn de dingen die je niet in de hand hebt. Het pad houdt op, de aanwijzingen blijken niet te kloppen, je komt bekende of onbekende mensen tegen waarmee je leuke gesprekken hebt. En soms leidt dat zelfs tot een kopje koffie in een 18e-eeuwse boerderij.

Wanneer wandel je?
Ik wandel wanneer ik de tijd heb. Meestal is dit in een weekend of op mijn roostervrije dag door de week. Deze dagen besteed ik dan aan groene wissels, trage tochten, een etappe van een langeafstandswandeling of een ommetje in de buurt. Daarnaast draag ik altijd mijn Garmin, een activity tracker waarmee ik al mijn stappen bij houd. Ik ben dus eigenlijk dagelijks bezig met wandelen en loop vaak bewust nog een stukje als ik bijvoorbeeld moet wachten op mijn trein of bus.

Waar wandel je het liefst?
Eigenlijk heeft elke wandeling zijn eigen charme. Je maakt altijd wel iets mee of komt iets tegen dat je niet verwacht en dat maakt het leuk. Mooie natuur, verrassende paadjes, uitdagende klimmen zijn zeker favoriet, maar een wandeling door een stad of dorpje zijn minstens zo interessant. Ik word iets minder blij van kilometerslange geasfalteerde paden langs grote wegen.

Tijdens de Trage Tocht Berg en Dal maken we veel hoogtemeters

Wandel je samen of alleen?
Meestal wandel ik samen met echtgenoot, familielid, vriendin of collega. Wandelen is een ideale gelegenheid om bij te praten. Daarnaast is het gewoon gezellig en zie je met meerdere mensen meer dan in je eentje, zoals hertensporen of de juiste afslag.

Wat is voor jou het perfecte wandelweer?
Het meest ideale weertype om bij te wandelen is een graadje of 20, droog en niet te veel wind. Maar bij andere weertypen trek ik er ook op uit. De herfst en de lente vind ik fijne jaargetijden om buiten te zijn. De natuur laat zich dan van haar mooiste kant zien. Ik kom dan ook met veel foto’s thuis.

Op een mooie herfstdag lopen we de Trage Tocht Paleis Het Loo

Wat neem je mee tijdens jouw wandeling?
In mijn rugzak zit altijd voldoende proviand voor onderweg, we komen lang niet altijd een horeca-gelegenheid tegen. Bij het Jacobspad hebben we de traditie ingesteld om elke etappe iets lekkers mee te nemen. Dit varieert van Terschellinger pondkoek tot verse ananasstukjes. Daarnaast natuurlijk het routeboekje, eventueel een wandelkaart, mijn telefoon, een fototoestel, een EHBO-setje, een plastic zak om op natte bankjes of grasvelden droog te zitten en afhankelijk van waar en bij welke weersomstandigheden we wandelen een GPS-apparaat, een warme trui en zonnebrandcrème.

Wat is jouw wandeltempo?
Mijn wandeltempo is helemaal afhankelijk van het gebied waar ik wandel, met wie ik wandel en hoe fotogeniek alles is. Het gaat me bij het wandelen niet om de snelheid, maar om het genieten. Een wandeling is een middagje of dagje uit.

Op welke schoenen wandel je?
Ik wandel eigenlijk altijd op mijn Lowa’s, bergschoenen die inmiddels al weer 7 jaar oud zijn. Ik heb ermee in de bergen van Canada, Madeira en de Alpen gewandeld, maar ze hebben ook regelmatig door de duinen van Terschelling, de heidevelden van Drenthe en de bossen van de Veluwe gewandeld.

Mijn trouwe Lowa’s

Wandel je het liefst verhard of onverhard?
Ik kan niet zeggen dat ik liever verhard of onverhard wandel, dat is helemaal afhankelijk van de wandeling. Als ik een wandeling maak voor en door de natuur heeft onverhard wandelen mijn voorkeur. Wandelingen door een eeuwenoude geschiedenis van een stad of gebied echter brengt onvermijdelijk verharde wegen met zich mee. Dit past bij de wandeling. En die kinderkopjes hebben zeker hun charme.

Wanneer is een wandeling voor jou geslaagd?
Een wandeling is voor mij geslaagd als ik met een goed gevoel huiswaarts keer. Dit kan zijn omdat de natuur prachtig was, ik interessante historische dingen ben tegengekomen, het gezelschap aangenaam was, ik leuke ontmoetingen heb gehad of verrassende dingen ben tegengekomen onderweg (zoals een zebra in de sneeuw).

Tijdens de Trage Tocht Duursche Waarden bij Den Nul komen we wel een heel bijzonder dier tegen

Kortom, een wandeling is geslaagd als ik er een stuk over kan schrijven. Tot nu toe is dat altijd het geval geweest. Volgens Robert Macfarlane is dit ook niet zo vreemd. In zijn boek De oude wegen (2012) schrijft hij het volgende:

“Het pact tussen lopen en schrijven is bijna zo oud als de literatuur zelf – een wandeling is maar één stap verwijderd van een verhaal, en elk pad vertelt.”

Geef de Wandel-Tag door
Lees je dit nu en denk je: herkenbaar! Of juist helemaal niet? Vul dan ook de Wandelen-Tag van Vera wandelt in. Ik ben benieuwd naar jouw wandelervaringen.

 

Jacobspad etappe 8: Elp – Terhorst

Route: Jacobspad Uithuizen – Hasselt
Afstand: 18 km
Startpunt: Elp, parkeerplaats langs de weg, net buiten het dorp
Eindpunt: Terhorst, parkeerplaats buiten het dorp aan het Koninginnepad

Het Linthorst-Homankanaal tussen Makkum en Terhorst

De voorspellingen leken zo goed aan het begin van de week. Die zondag zou de mooiste dag van het weekend worden. Helaas bleken de Drentse weergoden hier een andere opvatting over te hebben. Als we in Elp de tweede auto parkeren (de eerste hebben we op het eindpunt van onze wandeling neergezet) op de plek waar we vorige keer zijn geëindigd, regent het gemoedelijk. Geen probleem. We zijn alle drie gehuld in een waterdichte wandeljas en laten ons door een beetje regen niet ontmoedigen. Met hoezen over onze rugzakken vangen we deze achtste etappe aan.

Het eerste deel gaat over de lange Zwiggelterweg die aan weerszijden omzoomd wordt door bomen. Het dichte overhangende bladerdek maakt dat we niet de volle laag krijgen. We komen bij het Oranjekanaal en slaan een zandpad in dat langs het kanaal loopt. Plassen ontwijkend wandelen we verder. Vorige keer reden we langs dit kanaal op weg naar de juli-etappe. Een mooie kano-plek leek het ons toen. Als we een speciaal voor kano’s aangelegde opstapplaats zien, concluderen we dat we het goed ingeschat hadden.

Als Westerbork nadert, gaat de route een bos in. Althans dat is wat het boekje en de GPS zeggen. De bordjes die wij zien wijzen rechtdoor. Enkel de fietsvariant van het Jacobspad lijkt hier bewegwijzerd. Blij om onder de bomen te lopen – het regent inmiddels stevig – doorkruisen we het gebied. Modderige paden, niet altijd degene die de GPS aangeeft, brengen ons uiteindelijk in het dorp Westerbork.

Na even stilgestaan te hebben bij een oorlogsmonument, komen we in de hoofdstraat terecht die vol staat met kraampjes in verschillende stadia van opbouw. Het is de dag van het Keienfestival en je ziet de kraamhouders heel hard hopen op wat beter weer. Wij hopen met hen mee, want op dat moment maakt de hoofdstraat een verlaten indruk. Als we bij de Stefanuskerk aan de cappuccino zitten, horen we van de serveerster dat het festival pas ‘s middags begint.

Het Keienfestival in Westerbork

Als we Westerbork verlaten, schijnt zowaar de zon. De standhouders zullen opgelucht zijn. We wandelen onder de N381 door en komen uit bij een bloeiend heideveld. De eerste die in bloei staat sinds we het Jacobspad begonnen in januari. De paarse zee ziet er prachtig uit, maar is ook een eerste teken van de naderende herfst. De paddenstoelen langs de weg versterken dat beeld. Om maar niet te spreken over de regenbuien. De wandelaar met rode regenlaarzen die we tegenkomen, is goed uitgerust voor het komende seizoen.

De heide staat in bloei!

Na het Holtherzand slaan we een zandpad in en lopen een tijdje in het spoor van wat we denken dat een hert is geweest. In het zand zien we de hoefafdrukken in een lange lijn voor ons uit lopen totdat ze afbuigen, het weiland in. In de verte doemt de Domo-fabriek op. Een van mijn mede-wandelaars vergeet hierdoor vrijwel meteen het hert en kan alleen nog maar denken aan de zingende gekleurde koeien uit de reclame. Tot aan de lunch hoor ik af en toe naast me “Boe boe bla bla, we maken domo-vla!”.

Is het een hert geweest?

Na een lunch in de zon met uitzicht op maisvelden, blijft ook het laatste stuk tot aan de auto de zon uitbundig schijnen. De omgeving krijgt hierdoor welhaast een ansichtkaartuiterlijk. De felgroene weilanden, de blauwe lucht met donkere wolken, het Linthorst-Homankanaal met eendenkroos, de huifkar die ons passeert. Ja, je hoeft niet ver weg te gaan om mooie landschappen te zien.

Indrukwekkende luchten met huifkarren

Toch nog verrassend snel zijn we weer terug bij de eerste auto die we die ochtend bij Terhorst geparkeerd hebben. Toen verzamelden zich er fanatieke bootcampers, nu staat er een klein campertje en gebruiken wandelaars en fietsers de parkeerplaats in het bos als startpunt van een mooie tocht in de omgeving.

Volgende keer gaat de route over het Dwingelder Veld. Ik heb er veel over gehoord, maar ben er nooit geweest. De verwachtingen zijn hooggespannen!

Benieuwd naar de andere etappes van het Jacobspad Uithuizen – Hasselt? Hier vind je de verhalen over de etappes tot nu toe.

Jacobspad etappe 7: Rolde – Elp

Route: Jacobspad Uithuizen – Hasselt
Afstand: 23 km
Startpunt: Rolde, parkeerplaats aan de Grote Brink
Eindpunt: Elp, parkeerplaats langs de weg, net buiten het dorp

We zijn over de helft van het Jacobspad als we aan de zevende etappe beginnen. Vandaag zijn we zowaar met zijn vieren, het wordt steeds gezelliger! Ook de medewandelaar met zware rugzak is weer van de partij. Over een paar weken begint haar Franse wandelvakantie en er moet geoefend worden. Op haar rug draagt ze vier pakken appelsap, twee liter water en daarnaast een complete kampeeruitrusting. We gaan niet omkomen van de dorst vandaag.

Net als de vorige keer is het heerlijk wandelweer en we besluiten te beginnen met cappuccino op een Roldes terras. Terwijl mijn medewandelaars bestellen, loop ik nog even langs Warenhuis Brands, de stempelpost die vorige maand gesloten was. Op de deur zit nog steeds hetzelfde briefje, waarmee klanten en Jacobspadwandelaars verteld wordt dat de winkel ‘wegens omstandigheden gesloten’ is. Wat zou er aan de hand zijn? Faillissement of wellicht iets met de eigenaar?

Na de koffie lopen we door het Boerbosch Rolde uit. We volgen het fietspad dat al snel langs uitgestrekte aardappelvelden loopt. Een club dames op leeftijd komt ons netjes achter elkaar fietsend tegemoet. Enthousiast groet de voorste ons, daarna de tweede, de derde, … Na twaalf hallo’s kunnen we weer naast elkaar lopen, glimlachend om zoveel enthousiasme.

Via het dorpje Nijlande komen we op een rustiger weg en genieten van de zon. De route buigt al snel af naar het Westersche Veld, waar over niet al te lange tijd de heide volop zal bloeien. Nu genieten we van de ongerepte natuur. We benijden de boswachter die in zijn 4×4 langsrijdt en dit mooie gebied zijn werkplek mag noemen. Bij een bankje besluiten we onze lunch te nuttigen, uitkijkend over het heideveld.

Een 15 kilo zware rugzak in het Westersche Veld

Na de lunch leidt de weg ons verder door natuurschoon. We volgen de loop van een meanderend beekje – het Amerdiepje – dat ons via vele bochten, mooie doorkijkjes en een grote variëteit aan libelle-achtigen bij het kleine plaatsje Amen brengt. Onverwacht blijkt hier een bruin café te zijn, waar we onze tweede cappuccino van deze dag gebruiken. Het is net vakantie zo!

Het idyllische Amerdiepje

Na Amen gaat de weg over een graspad met aan beide kanten hoge varens en brandnetels. Een ideaal gebied voor allerlei steekbeesten die zich dan ook gretig op ons storten. Vooral mij vinden ze erg lekker en ik moet moeite doen de dazen van me af te slaan. Ik ben blij als we weer op een schemerig bospad komen.

Het pad leidt ons door Boswachterij Hooghalen, een plek met geschiedenis. Rechts van ons bevindt zich het voormalige Kamp Westerbork. Met het oog op de tijd lopen we door en staan even later oog in oog met een rij enorme schotels van de Radiosterrenwacht. We verbazen ons over de grootte en de rails waar ze op staan. Een indrukwekkend gezicht.

We lopen verder en banen ons een weg over de ongelijke paden met hoge grassen. Na enkele wolken muggen getrotseerd te hebben, komen we uit bij een uitkijktoren. De vele trappen vormen een goede oefening voor de bergwandelaar met zware rugzak. Uiteraard vergezellen we haar naar boven en worden beloond met een prachtig uitzicht over de omgeving. We ontdekken zelfs nog meer schotels die we – door het bos lopend – nooit gezien zouden hebben.

Via de Westerbroeken lopen we verder over een lange rechte weg. Hoewel we bedacht zijn op een afslag naar het Elper Noorderveld missen we hem toch. In plaats van terug te lopen, volgen we de fietsroute van het Jacobspad over het verharde pad en komen op hetzelfde punt uit als de wandelroute.

De zon, de zware rugzak en de kilometers beginnen er nu wel wat in te hakken. Gelukkig is Elp in zicht. In een beduidend lager tempo dan in het begin leggen we de laatste kilometers af naar de auto waarmee we weer terugrijden naar Rolde. 23 kilometer in de benen vandaag, een mooie afstand door een prachtig gebied. Volgende maand lopen we naar Terhorst bij Beilen. Hasselt komt steeds dichterbij.

Benieuwd naar de andere etappes van het Jacobspad Uithuizen – Hasselt? Hier vind je de verhalen over de etappes tot nu toe.

Jacobspad etappe 6: Vries – Rolde

Route: Jacobspad Uithuizen – Hasselt
Afstand: 19 km
Startpunt: Vries, parkeerplaats aan de Brink
Eindpunt: Rolde, parkeerplaats aan de Grote Brink

Veel zandpaden, deze etappe

De zesde etappe van het Jacobspad beginnen we in een nieuwe samenstelling van wandelaars. We spreken af in Rolde en rijden met één auto naar Vries, het brinkdorp waar we vorige keer de wandeling zijn geëindigd. De zon schijnt uitbundig en we besluiten te beginnen, zoals we vorige keer geëindigd zijn: met een ijsje.

In korte broek (de eerste keer sinds het begin van het Jacobspad!) lopen we met ijsje langzaam Vries uit. Een van mijn medewandelaars wil trainen voor haar wildkampeervakantie in de Franse bergen en heeft een rugzak met 15 kilo aan gewicht mee. Het is even uitproberen hoe de rugzak het beste zit.

Uitzicht over Heideheim

Over de Taarloseweg gaan we richting het natuurgebied Heideheim. Over een zandpad lopen we door de struiken en bomenrijen en komen bij het Noord-Willemskanaal uit. Glinsterende golfjes strekken zich voor ons uit, ingebed tussen groene kanten. In de verte zien we een binnenvaartschip door de brug gaan. De weg langs het kanaal is verlaten en de grote huizen erlangs staan er vredig bij. Meerdere dragen de naam Heideheim. We zijn het er alledrie over eens dat dit een fijne plek moet zijn om te wonen.

In de volle zon volgen we het kanaal, steken halverwege een brug over en slaan dan af richting Taarlo. De bomen langs deze weg geven een aangename schaduw en we besluiten bij het eerste bankje onze lunch te nuttigen. Aan onze rechterhand staan een paar verlaten caravans en we kijken uit op de spoorlijn, waar af en toe een trein langskomt. Verder is er weinig leven te bespeuren. Heerlijk rustig hier op een woensdagochtend.

Bij Taarlo slaan we al snel af en volgen een zandpad. Na een idyllisch meertje zien we ons eerste hunebed, het hunebed van Loon. De plaats Loon is niet ver meer en als we er aankomen, besluiten we in de plaatselijke herberg een cappuccino te drinken. Op het terras uiteraard. En in de schaduw van een parasol. Dat is wel nodig!

Het hunebed van Loon

De koffie (en de appeltaart) doet ons goed en we vangen de weg weer aan. Langs oude boerderijen lopen we Loon weer uit en zien al snel een glooiend landschap voor ons: de Ballooër Esch. De grafheuvels en hunebedden maken je bewust van de eeuwenoude geschiedenis van deze plek.

Op een gegeven moment zie ik bij een meertje een paars paaltje met het routebordje met de bekende schelp. Een feest van herkenning. Hier stond ik anderhalf jaar geleden ook, toen we de Groene Wissel Rolde liepen. We vroegen ons toen af wat die schelp voor route aangaf. Uiteindelijk was dit paaltje de reden om het Jacobspad te gaan lopen. Bijzonder om hier nu weer te staan!

Een plek met herinneringen

We lopen verder en komen in een bos uit en hoeven volgens het kaartje in het routeboekje enkel een lange bosweg (Kamps) te volgen tot in Rolde. Op de een of andere manier lopen we niet goed en staan we opeens bij een drukke asfaltweg. Hoe is het mogelijk om van een rechte weg af te dwalen? Maar het is ons gelukt … Gelukkig heeft een van mijn medewandelaars de app OsmAnd (navigatie-app) op haar telefoon en vinden we met enige moeite de juiste weg weer terug.

Langs Balloo komen we bij een camping uit die ons met een bord verwelkomt in het dorp van Bartje. We zijn nu niet ver meer van het centrum van Rolde. Even verderop zien we de Jacobuskerk van Rolde scherp tegen de blauwe lucht afsteken. Hij blijkt open te zijn op deze woensdag. Sinds we het Jacobspad begonnen, hebben we nog maar één keer eerder een open kerk meegemaakt (in Zeerijp).

Uiteraard gaan we naar binnen en bewonderen de glas-in-lood ramen, waaronder één met de bekende Jacobsschelp. In het gastenboek laten we een berichtje achter voor andere Jacobspadwandelaars. Hoewel we tot nu toe nog geen Jacobspadwandelaars zijn tegengekomen blijkt uit het gastenboek dat ze er wel degelijk zijn. Een week geleden liepen twee wandelaars de etappe die wij nu lopen, alleen omgekeerd, van Rolde naar Vries.

In Rolde is ook de derde stempelplaats van het Jacobspad. Na even zoeken vinden we Warenhuis Brands. We prijzen onszelf gelukkig dat we deze etappe op een doordeweekse dag wandelen en niet op een zondag. Als we echter dichterbij komen ziet het warenhuis er ernstig gesloten uit. Een briefje op de deur bevestigt dit: Wegens omstandigheden gesloten. Van de drie te behalen stempels hebben we er nu nog steeds maar één binnen. Een zieke koster in Uithuizen en nu een gesloten winkel gooiden roet in het eten. Gelukkig hebben we volgende maand een nieuwe kans. Dan beginnen we de etappe in Rolde.

Benieuwd naar de andere etappes van het Jacobspad Uithuizen – Hasselt? Hier vind je de verhalen over de etappes tot nu toe.