Stel je voor
Stel je voor: je staat op het perron met je fiets volgepakt met minimaal twee voor- en twee achtertassen. Net heb je de lift genomen om in de spoortunnel te kunnen komen. Het oude vrouwtje met rollator, dat aan kwam lopen toen jij al in de lift stond, wilde heel graag met je mee in de lift en was enigszins gepikeerd dat dat niet paste. Vanuit de spoortunnel nam je een tweede lift om op het perron te komen. Nu wacht je op de trein die je op je Duitse plek van bestemming zal brengen. Of in ieder geval een stukje in de goede richting, er wachten je namelijk nog drie overstappen.
Met de fiets in de trein
Met de fiets in de trein. Het kan in Nederland, Duitsland, België, Luxemburg en nog veel meer andere landen. Dat is fijn en handig. Het scheelt je als fietser enorm veel tijd. Maar reizen met een fiets in de trein brengt ook uitdagingen met zich mee. Altijd. Althans wel die keren, afgelopen jaren, dat ik het deed. Geen enkele reis is hetzelfde, geen enkele conducteur is hetzelfde en ook de medereizigers die met hun fietsen de reis ondernamen, zijn stuk voor stuk anders. Het mag met recht een avontuur genoemd worden.
Vier vakanties ervaring heb ik inmiddels. De eerste reis vanuit Luxemburg, de laatste vanuit Noord-Duitsland. In Luxemburg had ik nog geen fiets-in-trein ervaring en was ik blij dat mijn fiets überhaupt een plekje vond op het balkon. Samen met nog een aantal andere fietsen, waardoor er niemand meer in of uit kon. Vanuit Noord-Duitsland reisden we met enkel regionale treinen, wat een luxe bleek te zijn voor de vakantiefietser.
Luxemburg en België
De Luxemburgse trein leek veel op de Nederlandse, alleen een paar decennia ouder. Fietsen konden in principe op het balkon staan, maar als het er meer dan drie werden, kon je er eigenlijk niet meer in of uit. Tassen konden we er niet kwijt en stonden opgestapeld op het bankje tegenover ons. Gelukkig was het niet druk en de andere fietsers hadden dezelfde constructie bedacht. Wij hadden net de Vennbahn gefietst, de smokkelroute door Duitsland, België en Luxemburg over een oud spoorwegtracé en zagen een deel van de door ons gefietste route langs ons heen flitsen, terwijl we in rap tempo naar België reden.
In de Belgische trein was een apart rijtuig gereserveerd voor de fietsen. De conducteur had de sleutel en tijdens de rit mochten reizigers niet bij hun fietsen blijven. Geen probleem en lekker makkelijk. Diefstal werd zo ook lastig. Bij krappe overstaptijden ben je wel weer afhankelijk van de man met de sleutel, maar die wil over het algemeen ook weer verder. Geen enkel probleem dus.
Duitsland
En dan de Duitse treinen. Hier ligt mijn meeste ervaring en ook de meeste avonturen. In de intercity’s is reserveren voor je fiets verplicht. Er is beperkt plek in de speciale fietsgedeelten van de coupés. Je fiets hang je aan of zet je in de speciale haken. Bagage kan er meestal niet op blijven maar kun je naast je fiets kwijt.
Nadeel is dat niet iedereen zich aan de nummers houdt die zijn toegewezen in de reserveringen. Bepaalde plekken hebben nu eenmaal de voorkeur boven andere. Ik zet ook liever mijn fiets in een lage stalling, dan dat ik het voorwiel aan een haak in de buurt van het plafond moet hangen. Daarnaast heb ik de ervaring dat reserveringen ook wel opgeheven worden. Onder het mom van ‘zie maar dat je een plekje kunt bemachtigen’ stap je dan met zwaarbeladen fiets de trein in.
Intercity’s hebben een hoge instap en een smalle deur en een nauw gangetje waardoor je je fiets naar binnen moet wurmen. Instappen bij regionale treinen daarentegen zijn meestal gelijkvloers en de doorgangen zijn breder. Ook merkten we, toen we afgelopen zomer zonder reservering met enkel regionale treinen vanuit Noord-Duitsland terugreden naar Nederland, dat bepaalde Bundesländer hun regionale treinen uitrusten met een compleet fietsrijtuig.
Enkel haken, standaards en stangen om je fiets in te zetten, aan te hangen of tegen aan te laten leunen. Ideaal! Dertig fietsen konden er zeker staan. Op onze reis was het niet druk, waardoor we 10 uur en 5 overstappen later geen enkel stuk bagage van de fiets hadden hoeven halen. Ook kwamen we keurig op tijd aan op ons eindstation.
Een ervaring die maakt dat ik volgende keer weer met regionale treinen wil reizen. Zeker na ons akkefietje in Almelo vorig jaar met de intercity. Vanuit Denemarken reisden we toen terug naar Nederland, met een Duitse trein. In Almelo stapten we over op een Nederlandse trein. De bagage stond al op het perron, de fietsen nog in de trein. Toen gingen de deuren dicht en reed de trein weg. Gelukkig stond ik ook op het perron en mijn medefietser nog in de trein, waardoor het allemaal nog goed kwam. Maar dit is de nachtmerrie van elke fietser en was voor mij bijna de reden om niet meer met de fiets in de trein te reizen.
Maar ja, het is zo makkelijk en je komt zo veel verder. Dus dit jaar, toen het Almelo-akkefietje iets minder vers in het geheugen lag, toch weer een fiets-treinreis geboekt. Naar Rostock ditmaal (en vanuit daar naar Zweden), wederom met de intercity. Helaas bleek de tweede trein überhaupt geen fietsrijtuig te hebben waardoor de fietsers hun fietsen kwijt moesten in een gewoon rijtuig met bankjes en tafeltjes. Hangend aan het voorwiel bevestigden wij onze fietsen met de spin aan de bagagerekken, nadat we hem, zonder bagage, met moeite door het gangpad hadden gemanoeuvreerd. De tafeltjes waren opgeklapt, waardoor er bij zo’n vierzitsbankje net plek was voor twee fietsen.
De niet fietsende reiziger keek vreemd op toen het rijtuig bevolkt bleek door op hun achterwiel balancerende fietsen. Dit soort gevallen verenigt wel de vakantiefietser. Iedereen helpt elkaar met bagage en ophangen van fietsen. Ook bij het uitstappen worden van alle kanten helpende handen uitgestoken. Dat is het positieve aan dit soort situaties, het maakt het contact een stuk makkelijker. En de met de trein reizende vakantiefietser is over het algemeen geïnteresseerd in zijn collega-fietsers. De afgelopen vier fietsvakanties hebben we dan ook veel verhalen gehoord (en verteld) in de trein. Het maakt de reis onzeker, onverwacht, maar ook zeker interessant en avontuurlijk.
Nederland
Nederlandse treinen tenslotte kunnen nog wat leren van de Duitse regionale treinen – en toegegeven – ook van de Duitse intercity’s. Aparte fietsgedeelten ben ik nog niet tegengekomen in de Nederlandse trein. Op het balkon zijn per treinstel drie plekken gereserveerd voor fietsen. Dat is het. Als het vol is, is het vol. Reserveren is niet mogelijk. Gelukkig is de manoeuvreerruimte in de Nederlandse trein wel een stuk ruimer dan in de Duitse intercity. En als je een vroege of late trein pakt is er vaak ook genoeg plek.
Dus
Treinreizen met de fiets is dus per land, maar ook per trein een verrassing. Het beste is om zonder verwachtingen in te stappen en de avonturen onderweg over je heen te laten komen. Het loopt altijd anders dan je denkt en dat levert leuke verhalen op voor later (of voor een blog). Waar we volgend jaar heengaan, weet ik nog niet. Maar beginnen of eindigen met een treinreis sluit ik zeker niet uit.