Route: Veenhuizen uit Te gek om los te lopen van Ruurd van der Loo en Rutger Burgers
Afstand: 14 km (inclusief omleiding)
Start: TOP Veenhuizen, Laan van Weldadigheid Veenhuizen
Eind: TOP Veenhuizen, Laan van Weldadigheid Veenhuizen
Mijn wandelgenoot van vandaag opperde een wandeling uit het boekje Te gek om los te lopen van de uitgeverij Gegarandeerd Onregelmatig, waarin 11 wandelingen langs (voormalige) psychiatrische inrichtingen staan. Ik was meteen voor. Ik had nog geen enkele wandeling uit dit boekje gelopen. En de wandelbeschrijving en GPX-track zijn ook op wandelzoekpagina.nl te vinden. Op een zonnige zondagmorgen spreken wij af op het parkeerterrein van het Gevangenismuseum in Veenhuizen. Hier is ook het Toeristische Overstap Punt (TOP), het begin van de route.
Als wij het parkeerterrein aflopen zien we het museum meteen in volle glorie liggen. Bomen in herfsttooi en water omsluiten het oude gestichtsgebouw dat samen met andere panden in 1825 ontstaan is als heropvoedingskolonie voor de kanslozen uit de grote steden. Het is onderdeel van de Koloniën van Weldadigheid zoals ze ook bijvoorbeeld in Frederiksoord te vinden waren. Bij dit sociale experiment werden armen omgevormd tot productieve burgers en woeste grond tot productieve landbouwgrond.
Vandaag de dag is in dit dorp een penitentiaire inrichting gevestigd en zijn hier nog meer dan honderd rijksmonumenten te vinden. Vele huizen dragen nog de vroegere namen zoals Plichtgevoel, Bitter en Zoet en Kennis is macht.
Langs deze monumentale panden lopen we het dorp uit de natuur in. Over aanvankelijk niet al te natte graspaden lopen we richting natuurgebied De Slokkert. Als we in een bos komen horen we een roep die niet misstaat in een horrorfilm. Het blijkt de contactroep van de zwarte specht die we niet veel later tegen een boom zien zitten.
Dan begint de survival. In een blog over deze wandeling had ik gelezen dat hoge waterdichte wandelschoenen geen overbodige luxe zijn tijdens deze wandeling door vochtige gronden. Ik had dan ook mijn bergschoenen aan, mijn medewandelaar niet. Zij heeft het niet droog gehouden. Het pad wordt namelijk steeds modderiger totdat de sloot naast het pad gewoon door lijkt te lopen over het pad heen. Iemand heeft nog een paar boomstammen neergelegd in het water, maar ook dat mag niet baten.
Hier komen we niet doorheen, tenzij we onze schoenen uittrekken. Niet een heel aanlokkelijk idee in november en dus gaan we op zoek naar een andere weg. In het naastgelegen bos vol braamstruiken volgen we een paadje dat wandelaars voor ons hebben gemaakt. Ook hier is het niet echt droog en zijn er diverse glibberige boomstammetjes neergelegd om de allernatste stukken te overbruggen.
Langs de randen van De Slokkert lopen we verder. In de verte horen we al een tijdje crossmotoren en vermoeden een crossbaan. Niets is minder waar als een vijftal motoren in volle vaart aan komen rijden over het wandelpaadje. Het bos is de crossbaan. Het is meteen duidelijk hoe de grote modderpoelen ontstaan en de diepe voren in het pad komen. We vragen ons serieus af of dit gewoon mag. Op diverse smallere paden weten we nog net aan de kant te gaan, maar er zijn stukken waar het pad te smal is. Gelukkig komen we ze daar niet tegen. Want dit zijn zeker niet de laatste motoren tijdens onze wandeling.
Over Het witte bruggetje passeren we de beek De Slokkert en kijken uit over het Slokkertdal. In vroeger tijden was dit een onbegaanbaar moeras. In de steentijd maakten de bewoners een pad van takken en elzenstammetjes van honderden meters door dit gebied. Ze overbrugden hiermee het beekdal. Vierduizend jaar later werd dit pad opgegraven door archeologen, het bleek nog goed bewaard. Het alternatieve paadje door het bos met boomstammetjes aan het begin van onze wandeling past dus perfect in dit gebied.
Dan is het tijd om ook echt het beekdal in te gaan. We komen hier meerdere wandelaars en ruiters tegen. Het lijkt een populair wandelgebied. Iedereen is uitgerust met stevige wandelschoenen. Ook hier is de modder volop aanwezig. Als de lucht betrekt en er een buitje valt levert dat een regenboog en schitterende foto’s op.
Na de lunch op een bankje langs het pad nemen we de omleiding door het gebied. Het oorspronkelijke pad is afgesloten. Ook hier delen we de smalle paden met motoren. Ik ken dit helemaal niet van mijn andere wandelingen in Nederland. Hopelijk is het geen nieuwe trend. Het geluid van razende motoren in het bos die steeds dichterbij komen, terwijl je weet dat je de komende tientallen meters geen kant op kunt, is helemaal niet fijn.
Over brede eikenlanen met uitzicht op akkers komen we weer terug in Veenhuizen. Bij het museumrestaurant Het Tweede Gesticht dat ook zonder museumkaartje toegankelijk is, drinken we koffie met lekkers. Welverdiend na onze survivalwandeling. Zou het altijd zo nat zijn in dit gebied, vragen we ons af. Er is maar een manier om daar achter te komen, we moeten nog maar eens terug in een ander jaargetijde. Er zijn hier genoeg andere wandelingen.