Slightly creepy camping site

Is dat nou een beer, die daar tussen de bomen de kampeerder gadeslaat. Of misschien een elk (een slagje kleiner dan een eland) met kleine elkjes? Daar wil je niet in de buurt komen. Of toch een vos, een lynx of zelfs een wolf? Ik hoop dat de kampeerders hun eten goed hebben opgeborgen in de auto, of ergens ver weg van hun tent. Want voor je het weet heb je een beer te eten. Hoewel, ‘kampeerders’? Ik zie bij nader inzien maar één kampeerder. Is hij alleen of is de medekampeerder even weg, een avondwandelingetje maken in de omgeving?

Op een zondagmiddag in januari stond ik oog in oog met deze Slightly creepy camping site 8 (2012), een werk van Karin Bos dat deel uitmaakt van de expositie Expedition Nature dat de mooie ondertitel draagt Not all who wander are lost. CODA in Apeldoorn toont er werken die de natuur en het landschap als onderwerp hebben. Van sprookjesachtig tot angstaanjagend, en soms allebei.

Karin Bos maakte de selectie uit diverse kunstenaars. Haar eigen werken vormen een aanzienlijk deel van de expositie. De relatie tussen mens en natuur staat centraal in haar schilderijen, die zowel liefelijke landschappen als verontrustende beelden laten zien. Op de site van CODA wordt het treffend beschreven:

“Met zorgvuldig gekozen kleuren en lichtval ontstaat een filmisch en geladen beeld van een wereld vol verhalen waarin niets is wat lijkt en waar een vrolijk vakantietafereel evengoed de plek van een verschrikkelijke misdaad kan zijn.”

Een beschrijving die goed van toepassing is op het kampeertafereeltje. Het is een van de eerste schilderijen die ik zie. En meteen komen herinneringen aan een kampeervakantie in Canada naar boven. Kilometers camping midden in het bos, 20 minuten lopen naar het dichtstbijzijnde toiletgebouw. Wilde dieren liepen vrolijk over de camping die ook eigenlijk gewoon bos was. ‘Pas op voor de beren en voor de elks!’ was de waarschuwing die je kreeg bij de receptie. Een korte instructie wat je moest doen bij een ontmoeting (klein maken, dan wel groot) werd afgedraaid. De receptiemedewerker klonk bijna als de caissière die vraagt of je nog koopzegels wil.

Karin Bos heeft de sfeer goed getroffen. Slightly creepy is het zeker. Mijn mede-museumbezoekers dachten vast niet allemaal aan een camping in een natuurgebied in British Columbia bij het zien van het werk. Wellicht zagen zij seriemoordenaars verscholen in het bos, monsters, overvallers en wat dies meer zij. Of gewoon een kampeerder op een van de vele campings op de Veluwe die bij het kampvuur zijn boek leest en zich langzaam maar zeker klaar maakt om te gaan slapen.

Ook benieuwd naar de kunstwerken van Expedition Nature? Je kunt ze nog tot 4 maart 2018 zien in CODA in Apeldoorn.

De Wandelen-Tag

Een zandpad onderweg op het Jacobspad Uithuizen – Hasselt

Op de blog van Vera wandelt zag ik in augustus deze tag voorbijkomen. De weken erna dook hij bij meerdere wandel- en reisbloggers op. Ze deden uit de doeken waarom ze hun wandelschoenen aantrokken en uren achtereen al wandelend binnen- en buitenland verkenden. Ik kwam bijzondere antwoorden tegen. Hieronder volgen de mijne.

Waarom wandel je?
Ik wandel al zolang ik mij kan herinneren. Van kinds af aan gingen wij elke herfstvakantie met drie generaties naar Zwitserland om de meest schitterende wandelingen te maken. De natuur, de gezelligheid en de prestatie zijn redenen die ook nu nog gelden. Je komt op plekken waar je met de fiets of auto niet komt, hebt lunches met prachtige uitzichten en ik ben soms verbaasd over hoe makkelijk ik 20 kilometers ‘wegtik’.

Steenmannetjes tijdens een wandeling naar Cabane de Moiry in het Val d’Anniviers, Zwitserland

Tegenwoordig is historie ook een belangrijke reden om een wandeling te doen. Het Jacobspad van Uithuizen naar Hasselt is het eerste langeafstandwandelpad dat ik loop en brengt me langs eeuwenoude kerken, kerkepaden, onbekende dorpjes en heel veel geschiedenis waar ik niets van af wist. Voor het Westerborkpad waar ik binnenkort mee wil starten, is historie ook de belangrijkste drijfveer.

Maar misschien nog wel de belangrijkste reden om te wandelen zijn de onverwachte, onvoorziene zaken waar je onderweg op stuit. Het zijn de dingen die je niet in de hand hebt. Het pad houdt op, de aanwijzingen blijken niet te kloppen, je komt bekende of onbekende mensen tegen waarmee je leuke gesprekken hebt. En soms leidt dat zelfs tot een kopje koffie in een 18e-eeuwse boerderij.

Wanneer wandel je?
Ik wandel wanneer ik de tijd heb. Meestal is dit in een weekend of op mijn roostervrije dag door de week. Deze dagen besteed ik dan aan groene wissels, trage tochten, een etappe van een langeafstandswandeling of een ommetje in de buurt. Daarnaast draag ik altijd mijn Garmin, een activity tracker waarmee ik al mijn stappen bij houd. Ik ben dus eigenlijk dagelijks bezig met wandelen en loop vaak bewust nog een stukje als ik bijvoorbeeld moet wachten op mijn trein of bus.

Waar wandel je het liefst?
Eigenlijk heeft elke wandeling zijn eigen charme. Je maakt altijd wel iets mee of komt iets tegen dat je niet verwacht en dat maakt het leuk. Mooie natuur, verrassende paadjes, uitdagende klimmen zijn zeker favoriet, maar een wandeling door een stad of dorpje zijn minstens zo interessant. Ik word iets minder blij van kilometerslange geasfalteerde paden langs grote wegen.

Tijdens de Trage Tocht Berg en Dal maken we veel hoogtemeters

Wandel je samen of alleen?
Meestal wandel ik samen met echtgenoot, familielid, vriendin of collega. Wandelen is een ideale gelegenheid om bij te praten. Daarnaast is het gewoon gezellig en zie je met meerdere mensen meer dan in je eentje, zoals hertensporen of de juiste afslag.

Wat is voor jou het perfecte wandelweer?
Het meest ideale weertype om bij te wandelen is een graadje of 20, droog en niet te veel wind. Maar bij andere weertypen trek ik er ook op uit. De herfst en de lente vind ik fijne jaargetijden om buiten te zijn. De natuur laat zich dan van haar mooiste kant zien. Ik kom dan ook met veel foto’s thuis.

Op een mooie herfstdag lopen we de Trage Tocht Paleis Het Loo

Wat neem je mee tijdens jouw wandeling?
In mijn rugzak zit altijd voldoende proviand voor onderweg, we komen lang niet altijd een horeca-gelegenheid tegen. Bij het Jacobspad hebben we de traditie ingesteld om elke etappe iets lekkers mee te nemen. Dit varieert van Terschellinger pondkoek tot verse ananasstukjes. Daarnaast natuurlijk het routeboekje, eventueel een wandelkaart, mijn telefoon, een fototoestel, een EHBO-setje, een plastic zak om op natte bankjes of grasvelden droog te zitten en afhankelijk van waar en bij welke weersomstandigheden we wandelen een GPS-apparaat, een warme trui en zonnebrandcrème.

Wat is jouw wandeltempo?
Mijn wandeltempo is helemaal afhankelijk van het gebied waar ik wandel, met wie ik wandel en hoe fotogeniek alles is. Het gaat me bij het wandelen niet om de snelheid, maar om het genieten. Een wandeling is een middagje of dagje uit.

Op welke schoenen wandel je?
Ik wandel eigenlijk altijd op mijn Lowa’s, bergschoenen die inmiddels al weer 7 jaar oud zijn. Ik heb ermee in de bergen van Canada, Madeira en de Alpen gewandeld, maar ze hebben ook regelmatig door de duinen van Terschelling, de heidevelden van Drenthe en de bossen van de Veluwe gewandeld.

Mijn trouwe Lowa’s

Wandel je het liefst verhard of onverhard?
Ik kan niet zeggen dat ik liever verhard of onverhard wandel, dat is helemaal afhankelijk van de wandeling. Als ik een wandeling maak voor en door de natuur heeft onverhard wandelen mijn voorkeur. Wandelingen door een eeuwenoude geschiedenis van een stad of gebied echter brengt onvermijdelijk verharde wegen met zich mee. Dit past bij de wandeling. En die kinderkopjes hebben zeker hun charme.

Wanneer is een wandeling voor jou geslaagd?
Een wandeling is voor mij geslaagd als ik met een goed gevoel huiswaarts keer. Dit kan zijn omdat de natuur prachtig was, ik interessante historische dingen ben tegengekomen, het gezelschap aangenaam was, ik leuke ontmoetingen heb gehad of verrassende dingen ben tegengekomen onderweg (zoals een zebra in de sneeuw).

Tijdens de Trage Tocht Duursche Waarden bij Den Nul komen we wel een heel bijzonder dier tegen

Kortom, een wandeling is geslaagd als ik er een stuk over kan schrijven. Tot nu toe is dat altijd het geval geweest. Volgens Robert Macfarlane is dit ook niet zo vreemd. In zijn boek De oude wegen (2012) schrijft hij het volgende:

“Het pact tussen lopen en schrijven is bijna zo oud als de literatuur zelf – een wandeling is maar één stap verwijderd van een verhaal, en elk pad vertelt.”

Geef de Wandel-Tag door
Lees je dit nu en denk je: herkenbaar! Of juist helemaal niet? Vul dan ook de Wandelen-Tag van Vera wandelt in. Ik ben benieuwd naar jouw wandelervaringen.

 

De eerste Trage Tocht

Te voet/ Te fiets: Te voet
Route: Trage Tocht Paleispark Het Loo: Achterpark en Paleispark
Afstand: 12 km
Start: Parkeerplaats Bosloo
Eind: Parkeerplaats Bosloo
Bijzonderheid: Een dagkaart voor het Paleispark kost EUR 2,00 p.p. en is te koop bij de automaat bij de parkeerplaats.

Strijklicht valt door de takken

De laatste keer dat wij in Apeldoorn wandelden, was het zomer en leek het herfst. Vandaag was het net andersom. In de reacties op de blogpost over de zomerse wandeling werd ons aangeraden om bij zon nog eens terug te komen. Een zomerse zondag in oktober leende zich daar uitstekend voor. We keerden terug naar Apeldoorn, ditmaal voor een Trage Tocht door de kroondomeinen.

De routebeschrijving tipt ons om op een gratis parkeerplaats te gaan staan, een kilometer verder dan de officiële parkeerplaats van Paleis Het Loo. We blijken niet de enige. Hardlopers, maar vooral veel wandelaars waren ons voor en met moeite vinden we een plekje. We stappen uit op een zonovergoten plek midden in het bos. Voor de vorm nemen we onze jas mee, het is tenslotte oktober, maar trekken deze na een paar kilometer al weer uit.

Het is even zoeken naar de route, maar een kruip-door-sluip-door paadje brengt ons op het pad. Het bos ligt er schitterend, welhaast sprookjesachtig bij. Strijklicht valt door de takken. Spinnenwebben, bezaaid met talloze dauwdruppeltjes, bezetten struiken, grassen en bomen. De bladeren van de verschillende soorten bomen en struiken beginnen al te kleuren en lichten op in het zonlicht. Her en der slingeren paadjes door het heuvellandschap.

Achterpark Apeldoorn

Het is de ideale boswandeldag. Genietend vervolgen we onze trage tocht. Ik had er nog niet eerder één gelopen, hoewel er inmiddels al 200 schijnen te bestaan. Tochten over zoveel mogelijk onverhard wandelpad dwars door boerenland en natuur. Ik had me er onbewust ook verlaten weggetjes bij voorgesteld. Niet realistisch op een dag als deze, besef ik al snel.

We lopen verder door het zogenaamde Achterpark, dat in de ijstijd zijn huidige vormen heeft gekregen en komen langs het oude aarden fort Frederik Hendrik. Koning Willem III heeft dit fort samen met nog twee andere forten in 1854 en 1855 aan laten leggen, mogelijk als werkverschaffing. Op de kaart in de routeomschrijving zie je goed de omtrek van dit fort.

Achterpark Apeldoorn

Een paar kilometer verder veranderen de weggetjes. We lopen door smalle holle paden, aan weerszijden bedekt met mos. In een bocht zien we een met een rieten dak overdekt bankje met uitzicht op wat een spreng blijkt te zijn, een paar meter in de diepte. Het bronwater wordt vanuit een druppelvormig bassin via hand gegraven smalle kanaaltjes naar vijvers en fonteinen in de paleistuin gevoerd. Tijdens onze wandeling komen we er nog veel meer tegen. Het water dat er doorheen stroomt is verbazingwekkend helder.

Via bruggetjes en nog meer sprookjesachtige paden lopen we het Paleispark in en komen we uiteindelijk bij de Veldvijvers aan. Het is een plaatje. Een strakblauwe lucht, bomen die al beginnen te kleuren, de witte paviljoenen en ook hier weer kristalhelder water. Bij een van de paviljoenen zien we dat het water ook druk bevolkt is. Grote karpers krioelen door elkaar.

Veldvijvers Paleispark Apeldoorn

Na de vijver rond te hebben gelopen, gaan we verder richting Forellenvijver. Door de karpers waren onze verwachtingen hoog gespannen, maar helaas. Geen forel gezien. Via de zijkant van Paleis het Loo komen we langs de stallen en het rijtuigenmuseum. We duiken het bos weer in en zien dan tussen de bomen een begraafplaats opdoemen. Het blijkt het dierenkerkhof van de Oranjes te zijn. Veel paarden hebben hier hun laatste rustplaats gevonden, maar ook honden en katten liggen onder de met mos bedekte graven. Het oudste graf stamt uit 1886 en is van Baby, de pony van de toen 6 jaar oude prinses Wilhelmina.

Dierenkerkhof Paleispark Apeldoorn

De parkeerplaats is nu niet ver meer. Via een van de weinig verharde wegen van deze wandeling lopen we een tijd lang langs een immens hertenkamp. De beesten hebben aan ruimte geen gebrek. Glooiend grasland strekt zich uit in de verte. Her en der bieden bomen schaduw voor de oktoberzon.

En die zon was er in overvloed vandaag. We hadden geen betere dag uit kunnen kiezen. Terugkeren naar een zonnig Apeldoorn was een goede zet.

Benieuwd naar de andere Trage Tochten die ik heb gelopen? Je vindt ze hier.

Stad van de parken

Te voet/ Te fiets: Te voet
Route: Groene Wissel Apeldoorn 2: Griftbeek, Parken en Paleis Het Loo
Afstand: 10 km
Start: Centrum Apeldoorn
Eind: Centrum Apeldoorn

Verzetsstrijderspark Apeldoorn
Verzetsstrijderspark Apeldoorn

De afgelopen maanden was het schitterend fietsweer. Wandeltochten zijn er daarom een beetje bij ingeschoten. Op een bewolkte zondag besluiten we de schade in te halen en kiezen een Groene Wissel wandeling uit. Deze wandelingen zijn ons in het verleden goed bevallen. Ze beginnen en eindigen altijd bij een openbaar vervoer mogelijkheid, zijn goed beschreven en komen in allerlei soorten en maten. Er zijn langere, kortere, pannenkoekvarianten, we hebben afgelopen jaren al verschillende gewandeld. De zogenaamde ‘stadswissel’ echter kennen we nog niet. We proberen deze variant uit in een parkrijke stad: Apeldoorn.

Onbekend als we zijn in Apeldoorn volgen we netjes de TomTom naar een parkeerplek. Net als we de wandelschoenen willen pakken, komt er een mevrouw van middelbare leeftijd in een vrolijk gekleurde outfit op ons af. Met grootse handgebaren wijst ze naar het kantoorpand achter ons. “Daar kun je gratis parkeren”, zegt ze. Ze staat er zelf ook. Of we die witte golf zien? Die is van haar. Er is nog één plekje vrij en het is zonde om zoveel parkeergeld te betalen als je ook voor niets kunt staan.

Het is een beredenering waar we wel in mee kunnen gaan. Met auto en al volgen we haar en bezetten het enige nog vrije plekje. Het kantoorpand blijkt verbouwd te worden en op de hekken hangen borden die ongenode bezoekers duidelijk maken dat het terrein betreden toch echt niet de bedoeling is. Een standaard parkeerplek is het niet, maar ‘verboden te parkeren’-bordjes ontbreken. We wagen het er maar op.

We laten onze auto achter en door wat minder aantrekkelijke straten komen we al snel op de route terecht. We passeren het station en aan onze linkerhand zien we het centrum met de winkels liggen. Nu nog verlaten, maar straks een drukte van belang. Het is namelijk koopzondag, begrepen we van de mevrouw van de witte golf. We lopen om het centrum heen en pikken al snel de Griftbeek op.

Het blijkt een helder snelstromend beekje dat doet denken aan de levada’s (irrigatiekanalen) op Madeira. Af en toe zijn er zelfs hoogteverschilletjes. Eenden moeten moeite doen om niet achteruit met de stroom mee te drijven. De zon is inmiddels doorgebroken en we wanen ons bijna op een zuidelijke vakantiebestemming. Alleen de forellen ontbreken nog.

Na de beek volgt het eerste park. In het Verzetsstrijderspark herinneren de monumenten voorbijgangers aan de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. O.a. het Joodse monument is indrukwekkend  Hier merken we ook dat de routebeschrijving zeer nauwkeurig is en we lopen zoals de bedoeling is recht op het huis met het rieten dak af.

Door gaan we, naar Paleis Het Loo. In mijn herinnering lag dit paleis ver buiten de stad, maar we lopen er nu zo heen. Over lange oprijlanen wordt het beetje bij beetje drukker. In de verte zien we de gebouwen al liggen. Zonovergoten wappert de vlag. Pendelbusjes rijden af en aan vanaf de stallen voor diegene die de afstanden niet kunnen overbruggen. We volgen de meute en genieten even later van een heerlijke lunch .

Paleis Het Loo Apeldoorn
Paleis Het Loo Apeldoorn

Het is een half uur later en de zon gaat inmiddels schuil achter dikke grijze wolken. Tijd om verder te gaan. Als we bij de Naald uitkomen, begint het zachtjes te regenen. De routebeschrijving stelt ons een “zeer bomenrijke” (en dus droge) laan in het vooruitzicht, die we een “flink stuk” moeten volgen, dus we lopen snel door. We passeren de plek waar het 7 jaar geleden zo mis ging op Koninginnedag en zien kort daarop ook het monument met de ballonnen. 7 jaar geleden al weer, het lijkt veel korter.

De Naald Apeldoorn
De Naald Apeldoorn

De lange weg met bomen blijkt precies dat te zijn. De kilometers lange lommerrijke Koning Lodewijklaan voert ons langs grote oude huizen en later nieuwere flatgebouwen weer richting centrum. We passeren nog een droge spreng en steken uiteindelijk over naar het Oranjepark.

Flarden van muziek komen ons tegemoet. Even verderop staan en zitten plukjes mensen, verscholen onder paraplu’s. Ze luisteren naar de oudere man met gitaar die op de treden van de muziektent zit. Hij brengt de jaren 60 en 70 weer tot leven met nummers van Simon & Garfunkel en Cat Stevens. Aan de spandoeken achter hem te zien, is hij niet de enige artiest van vandaag. Er hangt een aangename sfeer bij dit zondagmiddagconcert.

Zondagmiddagconcert in het Oranjepark in Apeldoorn
Zondagmiddagconcert in het Oranjepark in Apeldoorn

Als het weer wat vriendelijker was geweest, waren we blijven luisteren, maar de steeds grotere druppels nopen ons om verder te gaan. Met een bocht lopen we om het publiek op leeftijd heen en pikken over de brug de route weer op. In de vijver worden de kringen steeds talrijker. De regen begint nu echt door te zetten en we maken tempo.

Niet veel later bevinden we ons in een drukke winkelstraat. Dezelfde die we aan het begin van onze wandeling links zagen liggen. De regen houdt de mensen niet tegen en het lijkt net een zaterdagmiddag. De GPS-route op de telefoon geeft aan dat we bijna rond zijn en we besluiten door te steken naar de plek waar we de auto geparkeerd hebben.

Dichterbij gekomen, vraagt mijn medewandelaar half als grap, half serieus of ik ook die prent op onze voorruit zie zitten. Ik schrik even, kijk naar de auto in de verte maar kan niet iets ontdekken dat op een parkeerbon lijkt. Ik zie hem lachen. Opgelucht lach ik terug. Onze auto staat er nog precies zo bij zoals we hem achtergelaten hebben. Gebroederlijk achter de witte golf, in de stad van de parken.

Benieuwd naar de andere Groene Wissels die ik heb gelopen? Je vindt ze hier.

Pianospel in het moeras

'Slow Time' door Nik Christensen (2008)
‘Slow Time’ door Nik Christensen (2008)

Midden in het bos drijft het bootje, klein en verlaten. Stuurloos zonder roeier. Druppels op de lens. Kale bomen. Het lijkt wel een moeras. Donker met in de verte een suggestie van licht. Het einde van het bos of de zon die door de bomen breekt? Hoe is het bootje hier gekomen? Was er iemand die de roeispanen bediende? Waar is ‘hier’ eigenlijk?

Het zwart-wit schilderij doet unheimisch aan, welhaast dreigend. Door de kleurstelling en door de voorstelling. Wat is hier voorgevallen? vraag je je als museumbezoeker af. De titel van het kunstwerk geeft geen antwoorden. ‘Slow time’ heet het, de langzame tijd. Het bootje dobbert en veroorzaakt kringen in het water. Tijd is niet belangrijk, dit kan dagen, maanden, misschien wel jaren zo doorgaan. Het hout van het bootje zal langzaam vergaan, de natuur neemt het over.

Op de achtergrond het pianospel, iel, ijl, ‘eerie’. Heel goed passend bij het schilderij van inkt dat ik nu hier voor mij zie hangen. Het lijkt wel een filmscène met die muziek. En eigenlijk zou het me niet verbazen als in het volgende shot de inzittende van de boot boven komt drijven, opgeblazen, vaal, overduidelijk dood. De muziek zwelt aan. De film begint.

‘Natuurkracht’ heet de tentoonstelling waar ik doorheen loop in CODA Apeldoorn. Alle kunstwerken die getoond worden hebben de natuur als thema of uitgangspunt. De werken die worden getoond zijn voornamelijk in het afgelopen decennium vervaardigd. Schilderijen hangen er, maar ook zijn er sieraden, beelden en zelfs een papieren kast met dito servies te zien.

De maker van ‘Slow time’ heet Nik Christensen, een Engelse kunstenaar die op dit moment in Amsterdam werkt. Zijn werken worden wel apocalyptisch genoemd. En die stempel zou kunnen gelden voor meerdere werken die in deze tentoonstelling worden getoond. Natuur is altijd een geliefd onderwerp geweest in relatie tot het unheimische. Ik hou er wel van. Een dergelijk schilderij is een aanzet tot een verhaal, of een scène of zelfs een verhaal op zich. Knap als een kunstenaar zo’n sfeer weet uit te drukken. De pianomuziek helpt ook. Want wat is een film zonder muziek?

Ook benieuwd naar ‘Slow time’ en de tentoonstelling ‘Natuurkracht’? Deze is nog te zien tot 7 september 2014 in CODA Apeldoorn.