Groene Wissel Wolvega: voorjaar langs de Linde

Route: Groene Wissel Wolvega: Linde en Lendevallei
Afstand: 19 km
Start: Station Wolvega
Eind: Station Wolvega

Lang geleden, bijna 10 jaar, liep ik mijn eerste Groene Wissel ooit, samen met mijn zus. Het was de Groene Wissel Wolvega. Die Wissel beviel zo goed dat ik er inmiddels 39 heb gelopen. Laatst kwam ik deze eerste Groene Wissel weer tegen op wandelzoekpagina.nl en was benieuwd hoe ik het nu zou vinden. Op een zonnige voorjaarsdag in mei loop ik ‘m nogmaals, nu samen met mijn man.

We starten op station Wolvega waar we op de P&R de auto parkeren. We zien meerdere wandelaars uit auto’s stappen en naar het perron lopen. Wij laten het station links liggen en wandelen de Wissel tegen de klok in. We gaan richting de nieuwbouwwijken van de plaats, de vlinderwijk en de lindewijk.

Nieuwbouwwijken van Wolvega

Aanvankelijk ligt er nog een pad van betonplaten, maar al snel gaat dit over in een graspad met gras dat steeds langer wordt. Rechts loopt het spoor, links nieuwbouwhuizen in meerdere staten van gereedheid. We volgen de GPS-track tot we tot onze knieën in het natte hoge gras staan. Als dit ‘pad’ ophoudt, ontdekken we een parallel lopende verharde weg. Soms moet je niet alleen op de GPS-track afgaan!

We lopen het natuurgebied Lendepoolder West in en wandelen via fiets- en wandelpaden naar de rivier de Linde (of de Lende) toe. Linde is de Friese naam, Lende de naam in het Stellingwerfs en de officiële naam. Dit gebied zie ik altijd vanuit de trein of de auto, maar had er nog nooit gewandeld. Althans, niet na de vorige keer dat ik deze Wissel liep. Bijzonder om hier weer eens te zijn.

Lendepoolder West

Bij de Linde lopen we over verharde wegen langs de rivier. Aan onze rechterhand ligt een natuurgebied met veel water. Een bordje wijst naar een vogelkijkhut. Het lijkt allemaal vrij nieuw. Ook het fietspad waarover we onze weg langs de rivier vervolgen, ligt er nog niet zo lang. In de bermen bloeien koekoeksbloemen maar echt vol met bloemen en planten staat het er niet. Dat moet zich de komende jaren allemaal nog ontwikkelen. Op een bankje onder een oude eik drinken we onze koffie in het zonnetje.

De Linde
Een koffiedrinkbankje

Waar het fietspad de Linde blijft volgen, buigen wij af voor een lusje langs de rand van een natuurgebied. Op de grens van bos en boerenland wandelen we over graspaadjes door de natuur. We zien geen mens, maar horen des te meer vogels. Wat is het hier mooi!

We komen weer op het fietspad langs de Linde en wandelen door tot de weg waar kanoverhuurbedrijf Lindevaarders zit. Ik weet nog dat we hier destijds een ijsje hebben gehaald. En het kan nog steeds! Die kans laten we niet voorbij gaan en informeren meteen naar kanoën op de Linde. Een paar jaar geleden hebben we op een ander stuk van de rivier gekanood, maar dat was vrij overwoekerd toen. Er blijkt veel mogelijk. Dat houden we in gedachten.

De Linde

We laten de Linde achter ons en lopen over allerlei kleine paadjes omringd door bloeiende voorjaarsbloemen en lentegroene bomen naar Oldeholtpade. We zien de meest mooie huizen en tuinen en dromen weg. Je zou hier maar wonen. Ook hier komen we niemand tegen.

Langs akkers gaat de weg verder. De bankjes zijn hier schaars, maar gelukkig hebben we onze eigen fietsstoeltjes meegenomen (kleine pakketjes van een paar honderd gram die makkelijk in onze rugzakken passen). Libellen vliegen om ons heen terwijl we onze boterhammen opeten met uitzicht op de weiden.

De meest noordelijke kant van de route tikt de weg naar Ter Idzard aan. Hierna is het nog een paar kilometer naar het beginpunt van de route. Verrassenderwijs lopen we nog een stuk door een voorjaarsgroen bos waar de varens welig tieren.

Bij de renbaan lopen we Wolvega weer in. Door woonwijken met mooie huizen wandelen we terug naar het station. We hebben 19 kilometer in de benen en een prachtige en zeer afwisselende route gewandeld. Deze Groene Wissel blijft de moeite waard.

Benieuwd naar de andere Groene Wissels die ik heb gelopen? Je vindt ze hier.

Advertentie

Kanoën in It Bûtenfjild

Route: Kanoroute 4. It Bûtenfjild
Afstand: 10 km
Start: Parkeerplaats Feanwâlden, Bûtefjild Feanwâlden
Eind: Parkeerplaats Feanwâlden, Bûtefjild Feanwâlden

Het eerste kanotochtje van het jaar brengt ons naar Noordoost Friesland. Tussen Feanwâlden en Mûnein ligt een mooi natuurgebied, It Bûtenfjild, waar we eerder met het Noardlike Fryske Wâlden Streekpad doorheen kwamen. Toen, 4 jaar geleden, zeiden we tegen elkaar, hier moeten we een keer gaan kanoën. We zijn inmiddels een paar jaar verder maar het is er dan toch eindelijk van gekomen.

Op de site kanovarenfryslan.nl vinden we een kanoroute in dit gebied die meerdere mogelijkheden geeft tussen de 4 en 20 km. Wij kiezen een rondje van 10 km. Op een parkeerplaats waar we met het Noardlike Fryske Wâlden Streekpad langskwamen, bouwen we onze kano op en leggen hem in het water. Het is rustig. Op de parkeerplaats staat nu nog maar één andere auto.

De steiger bij de parkeerplaats

We varen als het ware een rechthoek met wat uitsteeksel. Brede plassen worden afgewisseld met smalle vaarten. We varen onder meerdere bruggetjes door en hebben weidse uitzichten op jagende kiekendieven, jonge futen, aalscholvers en ganzen. Op het water heeft de wind vrij spel en ontstaan er golfjes. Op de smallere watergangen varen we over een glad wateroppervlak tussen rietkragen door waar de rietzanger en rietgors uit volle borst zingen. Ook de snor met zijn kenmerkende ‘gesnor’ laat van zich horen. Dat is het leuke van kanoën. Het is welhaast geluidloos en de vogels fluiten vrolijk door, als je langs peddelt.

Aan de bovenkant van de rechthoek varen we nog een stuk de Zwarte Broek op. Hier is volgens de kaart ook een parkeerplaats met kanosteiger en we zijn benieuwd hoe dat eruit ziet. De kanosteiger blijkt een uitstekende koffiedrinkplek, je auto kun je langs de weg kwijt. Van een collega begreep ik dat vanaf deze plek ook wel gesupt wordt. We drinken onze koffie in het zonnetje met het geluid van lammetjes en kwakende kikkers en uitzicht op capriolen uithalende visdieven. Ik ken mindere pauzeplekken.

Aan de Zwarte Broek

Terug langs de linkerzijde van de rechthoek veranderen de rietkragen in voorjaarsgroene bomen waarvan meerdere over het water heen buigen. Het is het moerasbos van de Sippenfennen, de groene kern van It Bûtenfjild. Het water is een gladde spiegel die de bomen mooi weerkaatst. Wat een rust hier.

Sippenfennen

Vanaf de onderkant van de rechthoek loopt een vaart naar het dorpje Feanwâldsterwâl. Met het Noardlike Fryske Wâlden Streekpad kwamen we ook door dit dorpje en vonden toen, in februari, verrassenderwijs een open terras bij `t Dûke Lûk. We zijn benieuwd of we ook kunnen aanleggen bij dit hotel-eetcafé en nemen de vaart naar het dorpje.

Hoewel `t Dûke Lûk kano’s en bootjes verhuurt, lijkt alles nu op en aan de steigers te liggen aan de achterkant van het eetcafé. Aan de voorkant ligt een hoge wal. Voor ons geen mogelijkheid om aan te leggen. Wellicht dat je in de zomer wel aan de achterkant kunt aanleggen, als meerdere bootjes zijn verhuurd. En je kunt natuurlijk ook daar je kano huren. Een goede uitvalsbasis voor een kanotocht door It Bûtenfjild.

Feanwâldsterwâl met links `t Dûke Lûk

We keren om en peddelen weer terug naar de rechthoek. Via de Loddehel varen we terug naar ons startpunt. De muggen zijn ook wakker geworden en regelmatig trotseren we hele zwermen die vlak boven het water zweven. Terug bij het startpunt is het een stuk drukker geworden. Meerdere wandelaars stappen uit auto’s of komen langs. Ook zien we groepen mountainbikers. Op het water was het rustig. Heel rustig. Pas op het einde zien we een andere kano. Heerlijk is dat hier in Fryslân. Ik denk dat het in de Weerribben en Wieden vandaag, op een zonnige zondag in mei, wel anders was.

Mocht je dus een rustige plek zoeken om te kanoën in Fryslân, probeer dan eens It Bûtenfjild. Je kunt hier heel wat kanten op, vaak zonder overtillen. Zo kun je doorvaren naar Mûnein, Ryptsjerk, Feanwâlden en De Westereen. Onderweg vind je meerdere kanosteigers voor een koffie- of lunchpauze. Ik vind het echt een aanrader en kom er zeker een keer terug.

Benieuwd naar andere kanoroutes die ik gevaren heb? Je vindt ze hier.

Koningspad XL etappe 11: Bakkeveen – Ureterp

Route: Koningspad XL
Afstand: 12 km
Start: Knooppunt 58, parkeerplaats Poiesz, Bakkeveen
Eind: Knooppunt 67, Bûtewei, Ureterp

In februari 2022 beginnen we aan een nieuwe route: het Koningspad XL. Dit pad loopt door het stroomdal van het Koningsdiep in Friesland, beginnend bij Allardsoog en eindigend bij Raerd. Tegenwoordig is het Koningsdiep een beekje, maar in vroeger tijden was het een machtige rivier die onder de naam Boorne uitmondde in de voormalige Middelzee. Ik lees in het routeboekje dat dit stroomdal een van de mooist bewaarde en meest karakteristieke beekdalen is van Noord-Nederland. Dat maakt nieuwsgierig. Het pad volgt de knooppunten van wandelnetwerk Fryslân.

Groen voorjaarsbos

Een jaar en drie maanden nadat ik rondom Bakkeveen de eerste etappe liep van het Koningspad XL sta ik weer in Bakkeveen. Het is tijd voor de een-na-laatste etappe. Om praktische redenen loop ik deze etappe andersom en loop ik van Bakkeveen naar Ureterp. Het is druk in het dorp, auto’s rijden af en aan. Het is het laatste weekend van de meivakantie, campings en bungalowparken zijn vol. Later hoor ik dat er ook een rommelmarkt is met wel 600 stands, mensen komen van heinde en verre.

Langs de vaart loop ik Bakkeveen uit

Het is nog enigszins bewolkt als ik langs de Slotplaats Bakkeveen uitloop . Ik volg een tijd de vaart en zie de rijen auto’s langskomen, allemaal in tegengestelde richting. Bij Siegerswoude sla ik af en kom op stille plattelandsweggetjes uit. De zon is inmiddels doorgebroken. Om me heen barst het van het voorjaarsgroen. Het fluitenkruid bloeit, de pinksterbloemen en ik zie zelfs al een paar boterbloemen. Wat is er weer een mooi seizoen aangebroken!

Volop fluitenkruid

Ik doorkruis het bos van landgoed De Slotplaats. Het is op een paar hondenuitlaters en fietsers rustig. Zou iedereen op de rommelmarkt zijn? Bij het bankje waar we ons vorig jaar in Zweden waanden, sta ik even stil. Het lijkt er een stuk natter en er zijn meerdere bomen gekapt. Niettemin is de Zweden-vibe er nog steeds.

Net Zweden

Ditmaal steek ik het vlonderpad over waar we vorige keer voorbij liepen. Een paar ganzen vliegen verontwaardigd op, wat moet die wandelaar hier? Lopend door een felgroen voorjaarsbos geniet ik van de stilte, de natuur en de zon. Ik kom uit bij de Freulevijver, een meertje in het Oude Bosch tussen Wijnjewoude en Bakkeveen. Het oude Bosch was een particulier landgoed, in 1880 aangelegd door de adellijke familie Lycklama à Nijeholt. Een bekende naam die ik tijdens de Trage Tocht Beetsterzwaag ook tegenkwam. Het meertje, een oorspronkelijke pingoruïne, werd vergroot en er werd een theekoepel gebouwd waar men gasten kon ontvangen. Zo lunchte prinses Juliana hier in 1935.

Freulevijver

De theekoepel bestaat niet meer, wel staat er tegenwoordig een prieeltje van beukhaag. De eerste blaadjes beginnen nu door te komen, over een paar weken is het hier helemaal groen. In het prieeltje zijn rondom banken. Een mooie plek voor koffie. Als ik me net geïnstalleerd heb, stopt er een oude meneer op de fiets die tegenover me komt zitten. Hij vertelt dat hij hier dagelijks komt. Dit is een populaire plek en het kan hier erg druk zijn. Gelukkig ben ik vroeg en kan rustig genieten van het uitzicht over het water.

Het prieeltje
Uitzicht vanuit het prieeltje

Ik vervolg mijn route en verlaat de bossen. Voor de laatste keer tijdens dit pad zie ik het Koningsdiep. Ik volg het riviertje een tijdje en steek het dan over. In het weiland aan de overkant ligt een kano. Zou je eigenlijk goed kunnen kanoën op het Koningsdiep? De moeite waard om eens uit te zoeken.

Koningsdiep

Het boekje geeft aan dat dat ik nu al zigzaggend over en langs weilanden bij een kleine weg kom die mij naar Ureterp brengt. Ik volg de markering en loop langs een sloot, waarbij ik uitkijk op enthousiaste paarden met veulens. Dan stuit ik op een hek waar duidelijk gemaakt wordt dat je daar echt niet overheen mag gaan. Er hangen bordjes met verboden toegang, ‘privé’ en ’24/7 Monitoring’. Wel zie ik een spoor door het gras naar het hek, het lijkt erachter door te lopen. De markering wijst ook die kant op, zowel van de wandelknooppunten als de wit-rode markering van een LAW. Wat te doen?

Ik twijfel maar zie aan de andere kant van het hek een zwart apparaatje staan op een verhoging. Is dit het monitoringsapparaat? Ik voel me hier niet prettig bij. Helemaal teruglopen en dan een omweg vinden, klinkt niet aantrekkelijk, daarom besluit ik aan deze kant van de sloot te blijven en door het weiland te lopen. Dan kom ik vanzelf op de weg uit. Er kan natuurlijk een sloot of prikkeldraad tussen zitten, maar ik waag de gok.

Met de sloot aan mijn linkerhand loop ik snel door het hoge gras en zie de oorspronkelijke route afbuigen naar links. Geen mogelijkheid daar om die weer op te pakken. Aan het einde van wat een heel lang weiland lijkt, blijk ik zonder problemen door te kunnen lopen naar de weg. Gelukkig! Aan de wandelmarkering moet nog wel iets veranderd worden…

Ik volg enkele kilometers de lange rechte weg totdat ik bij wandelknooppunt 67 uitkom. Deze etappe loopt officieel nog door tot in het centrum van Ureterp maar diezelfde route liep ik met etappe 10 ook al. Daarom beëindig ik hier deze etappe. Ik ben nu van Bakkeveen naar Raerd en weer terug gelopen. Nog één etappe te gaan, van Aldeboarn door de Deelen naar Heerenveen. Dan zit dit pad er op. Dat moet dit jaar nog wel lukken.

Benieuwd naar de andere etappes van het Koningspad XL? Hier vind je de verhalen over de etappes tot nu toe.

Knapzakroute Zeijen – Peest

Route: Knapzakroute Zeijen – Peest K26
Afstand: 18 km
Start: Café Hingstman Hoofdstraat 18, Zeijen
Eind: Café Hingstman Hoofdstraat 18, Zeijen

Zoals Gelderland en Utrecht de Klompenpaden hebben, heeft Drenthe de Knapzakroutes. Dit zijn niet-gemarkeerde lokale rondwandelingen van gemiddeld 15 kilometer lang in heel Drenthe die vaak door minimaal één dorp komen. De eerste route stamt al uit 1984 en sindsdien zijn er heel wat gemaakt. Op dit moment zijn er zo’n 65 actueel. De routebeschrijvingen en uitgebreide cultuurhistorische informatie vond je tot 2021 in de gidsjes van de routes. Sinds het voorjaar van 2020 zijn steeds meer routes digitaal te downloaden op knapzakroutes.nl.

Peest

Op de laatste dag van april lopen we de eerste knapzakroute van het jaar. Hoog tijd, want de knapzakroutes die ik tot nu toe heb gelopen waren stuk voor stuk de moeite waard. Ze brachten ons in authentieke Drentse dorpjes en verstilde natuurgebieden die ik niet of nauwelijks kende. Mijn in totaal zevende knapzakroute beginnen we in Zeijen, een brinkdorp ten noorden van Assen. De auto zetten we op een van de parkeerplekken voor het plaatselijke café dat nu – het is nog geen 9.00 uur – er nog stil bij ligt.

We lopen de route met de klok mee en wandelen langs de grote brink met hoge eiken en oude boerderijen het dorp uit. Al snel lopen we langs het gedempte gedeelte van de Zeijerwiek, een kanaaltje dat werd gebruikt voor het aan- en afvoeren van agrarische producten. We kijken uit op wat vroeger een haventje voor platbodems was. Het is nu nog zonnig waardoor het gedeelte waar wel water is er prachtig uitziet. In het heldere water zie je veel waterplanten. Het voorjaarsgroen begint uit te komen en omringt alles met die typische versgroene kleur van het beginnende voorjaar. Ook horen we veel vogels en zien we een paar geelgorzen.

Zeijerwiek met straatgedicht
Helder water

Langs het water, maar ook kilometers daarna, komen we meerdere straatgedichten tegen. Sommige in het Drents, andere in het Nederlands. Alle gedichten lijken de omgeving waar we doorheen lopen als inspiratie te hebben.

We komen langs het Bollenveen, een vroeger veenmoeras. Op een bankje naast een tjasker zit een vogelaar met grote lens naar de nijlganzen in het water te kijken. Als we niet veel verderop op een picknickbankje onze koffie drinken, loopt de vogelaar langs. Met een glimlach merkt hij op hoe stil het hier is. Zijn ochtend is in ieder geval goed begonnen en die van ons ook. Hoewel de zon inmiddels compleet verdwenen is. Gelukkig komt hij later weer tevoorschijn.

Bollenveen

Deze wandeling loopt door het beekdal van de Broekenloop, een beekje dat we onderweg naar Peest voor het eerst passeren. Ik lees dat deze beek vanaf 2024 zijn natuurlijke loop terugkrijgt. Zoals zoveel watergangen in Nederland is ook deze beek in het verleden zo aangepast dat het water snel kon worden afgevoerd. Met de huidige klimaatverandering leidt dit sneller tot droogte. Goed dat hier nu wat aan wordt gedaan.

Broekenloop

Peest is een oud Drents esdorp met brink en ligt ten zuidoosten van Norg. In de Tweede Wereldoorlog gebruikte de Duitsers Peest als strategisch punt, met o.a. een vliegveld met vier landingsbanen. Met de Groene Wissel Norg, in december 2021, kwam ik hier ook langs. Toen vond ik het waterbekken (Westerveen) dat hier ligt op een dalarna paardje lijken. Ik lees nu dat het de vorm van een vliegtuig zou hebben. Anderen zien er een hakenkruis in. Het water was om te blussen in geval van brand. Een oorlogsmonument (wederom in dichtvorm en in het Drents) herinnert aan wat hier gebeurd is.

Over bospaden passeren we weer de Broekenloop en wandelen daarna richting het Noordsche Veld. Onderweg kwamen we tot nu toe veel gravelbikers tegen maar slechts een handjevol wandelaars. Dat is hier wel anders. Het lijkt wel of alle wandelaars uit de omgeving zich hier verzameld hebben. De zon schijnt inmiddels weer uitbundig en het veld ligt er mooi bij. Dus ik begrijp ze heel goed.

Noordsche Veld

De route leidt ons over het veld waar we een kudde schapen, een schaapshond en twee schaapsherdsters tegenkomen. Ook zien we de vele grafheuvels waar dit gebied om bekend staat. Voor de Tweede Wereldoorlog lagen hier nog veel meer grafheuvels. De Duitsers hebben hier echter tijdens de oorlog een schijnvliegveld aangelegd als afleiding van het werkelijke vliegveld bij Peest. Er zijn toen veel grafheuvels vernield.

Op het Noordsche Veld

Na het Noordsche Veld lopen we in het zonnetje over een zandpad met rechts een bosrand en links omgeploegde akkers. In de berm zien we een enorm mierennest. Het krioelt van de zwarte beestjes. Niet veel verder zien we er nog een en daarna nog een. In totaal passeren we er wel tien op korte afstand van elkaar. Zouden deze nesten allemaal tot één grote gemeenschap behoren?

Een weg met veel mierennesten

Door de Zeijerstrubben lopen we weer richting Zeijen. Een klein bospaadje kronkelt door een bos van lage bomen. Vroeger was dit een eikenbos waar inwoners van Zeijen hun hout vandaan haalden. Het is nu een natuurmonument waar de natuur haar gang gaat. Ook hier is de oorlog niet ver weg. Midden in het bos stuiten we op een oorlogsmonument. Op deze plek zijn twee verzetsleden gefusilleerd.

Door de Zeijerstrubben

Langs de Noorderesch overbruggen we de laatste kilometers naar Zeijen. Daar wacht ons cappuccino op het terras van het café, waarvoor we vanmorgen de auto parkeerden. Deze eerste knapzakroute van het jaar bleek een (hoofdzakelijk) zonnige voorjaarswandeling door een mooi Drents landschap met de nodige historie.

Benieuwd naar de andere Knapzakroutes die ik gelopen heb? Je vindt ze hier.

Zeegsepad: door bloeiende boomgaarden

Route: Klompenpad Zeegsepad
Afstand: 6 km
Start: Landwinkel de Woerdt, Woerdsestraat 4 Ressen
Eind: Landwinkel de Woerdt, Woerdsestraat 4 Ressen

Het is een mooie voorjaarsdag als we de auto parkeren op de parkeerplaats tegenover Landwinkel de Woerdt in Ressen. Er staan een paar andere auto’s maar echt druk is het niet. De Landwinkel is dan ook gesloten i.v.m. Koningsdag. De auto eigenaren zijn waarschijnlijk allemaal wandelaars. Of fietsers, onderweg hierheen hebben we er heel wat gezien. Het is wat later in de middag maar we willen graag nog de benen strekken. Het 6 kilometer lange Klompenpad lijkt ons hier ideaal voor.

Ressen ligt boven Nijmegen en behoort tot de Betuwe. En wat is nu een betere tijd om een wandeling in de Betuwe te maken dan nu. Tijdens onze wandeling zien we dan ook de nodige bloesem in de uitgestrekte boomgaarden.

We lopen het rondje met de klok mee. Allereerst passeren we de kerk van Ressen die tot de oudste kerken van Nederland behoort. In 700 stond op deze plek al een houten kerk. De huidige stenen kerk is tussen de 12e en de 15e eeuw gebouwd. We lopen een rondje om de kerk, over de begraafplaats. De kerk zelf is niet open.

Kerk van Ressen

Over een paadje langs een akker komen we op de Oude Postweg terecht die al sinds de 16e eeuw tussen Arnhem en Nijmegen loopt. Ook zien we een oude hoogstamfruitboomgaard. Er staat een bordje bij met informatie maar de boomgaard zelf ziet er overwoekerd uit. Zou hij nog actief gebruikt worden?

Oude Postweg

Vlak voor Bemmel leidt de route ons Park Lingezegen in. We lopen o.a. langs de Bemmelse Zeeg. Zeeg is de Betuwse naam voor een gegraven watergang. Het komt van ‘zijgen’, ‘afvloeien’ in het oud-Nederlands. De zegen in dit park komen uit op de Linge. Om ons heen zien we veel boomgaarden, kassen, we horen diverse vogels en komen de nodige wandelaars tegen. Sommige met wandelschoenen en rugzak, andere met handtas en op nette leren schoenen. Op sommige stukken is dit pad knap modderig, dan zijn nette schoenen niet het meest geschikte schoeisel.

Bemmelse Zeeg

Dan stuiten we op een doorgang door een heg naar een uitgestrekte bloeiende boomgaard. We lopen langs en later ook door de rijen met fruitbomen. Wat bijzonder dat de eigenaren hun terrein hebben opengesteld voor wandelaars.

Via bruggetjes lopen we van het ene naar het andere terrein. We zien veel bijenkasten met zwermen bijen. Wat hebben we een goede tijd uitgekozen om hier te zijn. Maar ik kan me voorstellen dat het hier in de zomer ook een lust voor het oog is met alle appels en peren die dan aan de bomen hangen. Zouden er veel wandelaars zijn die een appeltje plukken onderweg? Dat lijkt me toch een reëel risico voor de grondeigenaren die hun land openstellen.

Bij een splitsing lopen we bijna verkeerd. Het pad bestaat uit twee lussen die elkaar bijna raken. Na enkele tientallen meters herkennen we het reeds gelopen pad en zoeken de juiste afslag op. Als we tussen de rijen bomen doorkijken zien we aan het einde campers staan en mensen aan campingtafeltjes. Er blijkt daar een camperplek te zijn. Wat een mooi plekje!

De camperplek zit praktisch tegenover de Landwinkel waar we onze auto hebben neergezet. We zijn rond. We hadden graag dit pad afgesloten op het terras van de Landwinkel, het ziet er leuk uit. Jammer dat het dicht is. Bij het wegrijden van de parkeerplaats probeer ik geen kip te overrijden. Ze lopen hier los rond en zijn niet bang voor een wandelaar of een startende auto.

We hadden vandaag niet veel tijd, maar hebben toch een prachtige wandeling gemaakt. In deze tijd van het jaar is het natuurlijk extra mooi door al die bloeiende bomen. Met 6 kilometer is het een mooie afstand voor een ochtend- of avondwandelingetje. Fijn dat er ook kortere Klompenpaden zijn. Hier hebben we al vaker gebruik van gemaakt bij weinig tijd of niet zulk geweldig weer. Zo liepen we eerder het Netelenburchpad (5,5 km) bij Baarn en het Schutpad (4,5 km) bij Leusden.

Zorg trouwens wel dat je de route van het Zeegsepad ook in de Klompenpaden-app hebt gedownload. Meerdere stickers zijn verbleekt en nauwelijks nog leesbaar. Alleen op de markering lopen, is op sommige punten een uitdaging.

Benieuwd naar de andere Klompenpaden die ik heb gelopen? Je vindt ze hier.

Bonifatius Kloosterpad: Rondje 2 Anjum-Noord

Route: Bonifatius Kloosterpad
Afstand: 17 km
Start: Parkeerplaats Mûnebuorren, Anjum
Eind: Parkeerplaats Mûnebuorren, Anjum

Een keer in de paar maanden wandel ik samen met een vriendin. We zijn al op allerlei plekken geweest, op de Veluwe, in de Steenwijkse bossen, op Urk. Dit keer is Noord-Friesland aan de beurt. Het wordt een rondje van het Bonifatius Kloosterpad. Ik had wel eens gehoord van het pad dat in 450 km langs de kleurrijke geschiedenis van de kloosters in Friesland loopt, maar ik had er nooit een etappe van gelopen. Op een zondag in april rijden we naar het Friese dorpje Anjum vlakbij het Lauwersmeer en de Waddenzee.

De voorspellingen waren dat het zonnetje zou doorbreken maar het blijft hoofdzakelijk grijs tijdens onze wandeling. Jammer, want de omgeving ziet er bij zon waarschijnlijk een stuk mooier uit. Niettemin maken we een mooie wandeling over verharde plattelandsweggetjes, grassige dijken met de nodige schapen en een klein pad dwars door de kwelders van de Peazemerlannen.

Dijk langs het Lauwersmeer

Vanaf Anjum lopen we met de klok mee richting Waddenzee. Om ons heen zien we een dijk, de Alddyk (voor 1592 de zeedijk). De dijk beschermt het land en de boerderijen erachter. Bij de toegang tot de boerderijen staan aan weerszijden muren met doorgangen, waar inkepingen in zitten voor schotten. Hoog water is hier een reële dreiging. De schotten ken ik ook van de plaatsen aan de grote rivieren zoals Wijk bij Duurstede en Deventer.

Muren met inkepingen voor schotten

Bij het vissersplaatsje Paesens-Moddergat, dat eigenlijk bestaat uit twee dorpen, gaan we het kweldergebied Peazemerlannen in. Tot 1973 werd dit gebied beschermd door een dijk maar een zware storm sloeg in dat jaar een groot gat in de dijk dat nooit meer gedicht is. De kosten waren te hoog. De Waddenzee kreeg hier vrij spel en ontstond er een kwelderlandschap. Het eerst wat wij zien is een lepelaar die ons tijdens onze kilometers door dit gebied gezelschap lijkt te houden. Heel bijzonder. En de lepelaar is niet de enige vogel die we zien, ze komen in groten getale en in alle soorten en maten. Een verrekijker is hier geen overbodige luxe, helaas had ik er niet aan gedacht om hem mee te nemen.

Paesens-Moddergat

Over een dijk met de nodige schapen wandelen we naar het Lauwersmeer en Oostmahorn. Bij Oostmahorn vallen eerst de jachthaven en de vakantiehuisjes op. Esonstad ligt hier, een groot Landal Greenparks vakantiepark, opgezet als vestingstadje. De naam komt van de nederzetting Ezonstad die hier in de middeleeuwen zou hebben gelegen en Friesland tegen de Noormannen moest beschermen. Vanaf deze plek wordt tegenwoordig een veerdienst naar Schiermonnikoog onderhouden.

Esonstad

Wij strijken er neer in een horecagelegenheid voor een welverdiend kopje koffie. Helaas is het nog te koud (en te winderig) voor een terrasje. Maar die tijd komt nog wel. Vanaf Esonstad lopen we terug naar Anjum. Het dorp ligt op een terp, zoals de uitgang -um aangeeft en werd al in de 9e eeuw vermeld. De Michaëlkerk waar de wandeling begint is ook niet nieuw en is in de 11e en 12e eeuw gebouwd. Als we het plaatsnaambord Anjum passeren laat een beginnend zonnetje zich zien. Toch nog.

Michaëlkerk Anjum

De wandeling volgt voornamelijk de wandelknooppunten, maar niet altijd. De GPX-track kwam ons tijdens deze wandeling dan ook goed van pas. Het weidse Friese land lag er mooi bij. Voor wie van vergezichten, vogels en uitwaaien houdt en soepel over een hek kan klimmen, raad ik deze wandeling zeker aan. En het Bonifatius Kloosterpad kent nog een rondje vanaf Anjum, ditmaal wandel je aan de zuidkant van het dorp. Wie weet komen we hier nog eens terug voor dit andere rondje.

Stellingenpad etappe 3: Havelterberg – Frederiksoord

Route: Stellingenpad
Afstand: 15 km
Start: Parkeerplaats Hunebeddenweg Van Helomaweg, Darp
Eind: Parkeerplaats bij Museum De Proefkolonie, Vledderweg, Frederiksoord

Holtingerveld

Een nieuw jaar, een nieuw wandelpad. In januari 2023 beginnen we aan het Stellingenpad dat in april 2022 is geopend. De rondgaande wandeling van ruim 260 km volgt de contouren van het gebied van de Stellingwerven. Van oorsprong een gebied met een eigen taal, het Stellingwerfs, dat zich uitstrekt over Zuid-Oost Friesland, West Drenthe en de kop van Overijssel. De route dankt haar naam aan de Friese waterlinie die in de 16e eeuw werd aangelegd en belooft ons een grote afwisseling aan landschappen: het Drents-Friese Wold, de Weerribben-Wieden, de dorpen van de Maatschappij van Weldadigheid, stadjes aan de voormalige Zuiderzee en het rivierenlandschap langs De Linde (Lende), de Tsjonger (Kuunder) en de Slokkert. Het Stellingenpad heeft geen eigen markering maar volgt de wandelnetwerkknooppunten.

Holtingerveld

Het is een van de eerste mooie lentedagen als ik samen met mijn moeder bij de Havelterberg begin aan de derde etappe van het Stellingenpad. Om praktische reden lopen we vandaag de etappe andersom. Vorige keer ben ik geëindigd in Frederiksoord, nu eindigen we daar ook. Voor ons ligt een zandweg waaraan twee grote hunebedden liggen, aan onze rechterhand zien we de Havelterberg. De bergbeklimming doen we de volgende etappe, hoewel het er wel heel aantrekkelijk uitziet.

Havelterberg

Langs de hunebedden lopen we naar het Hunehuis, een Nivonhuis waar je kunt overnachten als je bijvoorbeeld meerdere etappes achter elkaar loopt. Van het Stellingenpad, maar ook van het Drenthepad en het Maarten van Rossumpad die hier beide ook langslopen. Het Nivonhuis ligt op een mooie en strategische plek!

Hunebed

Na het Hunehuis leidt de route ons een heel stuk over het Holtingerveld. Een uitgestrekt heidegebied waar we eerder met de Groene Wissel Uffelte ook over heen liepen. Toen deed het me denken aan de savanne, met het gele gras en de blauwe lucht. Nu lopen we over zandpaden maar ook een groot deel over een fietspad met aan weerszijden natte stukken waardoor het savanne-gevoel toch een stuk minder was. Het veld is er niet minder mooi door.

Bij de Meeuwenkolonie drinken we koffie op een bankje en kijken uit over het water. Mooi kanowater, maar de vraag is of dat de bedoeling is. En daarnaast moet je wel een heel stuk de kano hiernaartoe dragen. Maar mijmeren kan altijd.

Koffiebankje bij de Meeuwenkolonie
De Meeuwenkolonie

Na het Holtingerveld komen we in open gebied uit. We lopen een stukje door het lintdorp Wapserveen waar bijna alleen maar boerderijen langs de weg staan en slaan dan af naar de Wapserveense Aa. Over een zandweg lopen we onder Hollandse luchten langs de Aa richting Frederiksoord. We passeren een paar sluisjes en vissers, lopen langs een natuurreservaat en de Polder Ten Kate waar het knap nat is. Hier zie ik voor het eerst pinksterbloemen in bloei dit jaar.

Wapserveense Aa
Wapserveense Aa

Paaltjes met te tekst ‘Welkom in de kolonie’ geven aan dat we in de Koloniën van Weldadigheid zijn aangekomen. Frederiksoord is niet ver meer, maar de route maakt een omtrekkende beweging door het Sterrebos. Het bos werd rond 1770 aangelegd door de familie Van Heloma, eigenaar van het landgoed Westerbeek waar we ook overheen komen. Wegen komen in het bos in een ster bijeen. Het bos werd o.a. gebruikt om in te jagen. We komen er veel informatiebordjes tegen. Zo lopen we langs een plek waar ooit een mythische eik stond en passeren we een beukenkathedraal.

Huis Westerbeek

We komen uit op de parkeerplaats van Museum De Proefkolonie, waar we net als vorige keer, in het grand café een afsluitende cappuccino nemen. Het was weer een mooie en afwisselende etappe. Volgende keer verlaten we de Drentse heidevelden en staat Giethoorn op het programma.

Benieuwd naar de andere gelopen etappes van het Stellingenpad? Hier vind je de etappes tot nu toe.

Groene Wissel Mook – Molenhoek: adembenemende uitzichten

Route: Groene Wissel Mook-Molenhoek: Mookerheide
Afstand: 13 km
Start: Parkeerplek bij station Mook-Molenhoek
Eind: Parkeerplek bij station Mook-Molenhoek

Mookerheide

Het is dag twee van ons weekendje in het Rijk van Nijmegen. We overnachten in een B&B in Malden en de Mookerheide (en daarmee Limburg) blijkt vlakbij te zijn. Ik heb veel over het gebied gehoord, maar ben er nooit geweest. Tijd voor een kennismaking te voet. De beschrijving van de Groene Wissel die we op het oog hebben, maakt het ook erg aantrekkelijk: “Zo snel bent u nog nooit vanuit de trein in de natuur gestapt, de treinhalte ligt namelijk letterlijk aan de rand van het uitgestrekte Mookerheide-natuurgebied.”.

De beschrijving heeft niets teveel gezegd, je staat echt zo in de natuur vanaf het station waar we de auto parkeren. Dat heb ik nog niet eerder meegemaakt. En na een smal paadje is er een steile trap, een opmaat voor de rest van deze rondwandeling. Voor we het weten staan we voor een klaphekje dat toegang verschaft tot de Mookerheide en de Heumense Schans.

Helaas verschuilt de zon zich nog achter een laag mist, wat op zich ook wel weer leuke foto’s oplevert. We wandelen over de Heumense Schans, een aarden verdedigingswerk op de stuwwal tussen Nijmegen en Mook. Waarschijnlijk is deze schans in de 17e eeuw aangelegd.

Naar de Heumense Schans

Als we de schans achter ons hebben gelaten en door het uitgestrekte bos daarachter lopen, breekt de zon door. Je merkt het meteen, zeker met de pittige klimmetjes die we af en toe tegenkomen. De jas kan uit. Maar wat is het mooi. De heuvels en dalen, maar ook de bloeiende sleedoorn, krentenboompjes, speenkruid, dovenetel, overal frisgroene blaadjes die aan het uitkomen zijn. De lente is begonnen.

Bij het grote heideveld van de Mookerheide aangekomen schijnt de zon uitbundig. We lopen helemaal rond het veld met de nodige klimmetjes. De Schotse Hooglanders laten zich ook zien. Sterker nog, ze staan midden op het pad waardoor we maar even een omweggetje maken.

Schotse Hooglanders op de Mookerheide

Op een bankje onder een grote eik met uitzicht over de heide maar ook het Mooks kanaal, waar we de nodige boten voorbij zien varen, houden we een koffiepauze. Een uitgelezen pauzeplekje. Dat het het einde van de ochtend is, merk je aan alle mensen die voorbij lopen. Het is opeens drukker geworden.

Uitgelezen koffieplekje

Na de koffie bedwingen we nog wat heuvels terwijl miauwende buizerds over ons heen cirkelen. Als we het heideveld helemaal rond zijn, buigt de route af over de Mendozaweg. Mendoza was een Spaanse veldheer die vocht in de welbekende Slag op de Mookerheide in 1574 tegen de troepen van Lodewijk en Hendrik van Nassau. De Nassau’s verloren de slag en sneuvelden beide. Het gebied was toentertijd een stuk groter dan het nu is.

Heuvels

De route leidt ons door een opener landschap naar het buurtschap Bisselt waar de meest mooie huizen staan met prachtige uitzichten over de omgeving. Geen gekke plek om te wonen. Af en aan lopen we op met het Maas-Niederrheinpad, een streekpad door Noord- en Midden-Limburg en Duitsland dat ik helemaal niet kende. Het lijkt me een mooie route, maar eerst maar eens wat andere paden uitlopen.

Hier loopt ook het Maas-Niederrheinpad

We komen Boskapel de Biesselt tegen, een nieuw kapelletje aan de rand van het bos. Het is gebouwd in 2014 op de plek waar 60 jaar daarvoor een provisorisch kapelletje stond voor het bezoek van een bisschop met Mariabeeld. Het idee was destijds om de Mariaverering een nieuwe impuls te geven. Mijn moeder brandt er een kaarsje voor haar overleden ouders, mijn grootouders.

Boskapel de Biesselt

Bij ’t Zwaantje strijken we voor het eerst dit jaar neer op het terras voor, hoe kan het ook anders in Limburg, echte Limburgse vlaai. We zijn niet de enige, om ons heen zitten veel fietsers en wandelaars. Het blijkt een pleisterplaats voor het Pieterpad dat een paar honderd meter verderop loopt.

Onderweg naar Jachtslot Mookerheide lopen we over een uitgestrekte natuurbegraafplaats. Op afgezaagde boomstammen staan de namen van overledenen vermeld. Elk pad heeft een eigen naam. Ik begrijp goed dat natuurbegraafplaatsen steeds populairder worden. Wat is het mooi en rustig hier.

Natuurbegraafplaats Landgoed Mookerheide

Het jachtslot uit 1904 staat in de steigers en wordt gerenoveerd waardoor we er helaas niet veel van zien. Wel zien we goed de opmerkelijke lichtroze kleur die het kasteel oorspronkelijk ook had. De renovatie moet in juli 2023 voltooid zijn.

Jachtslot Mookerheide

Na een paar lussen zijn we weer bij het beginpunt en staan we, na de steile trap, weer bij het station. Mijn sporthorloge geeft 13 km aan. Het was wederom een prachtige wandeling. Het glooiende landschap dat je af en toe letterlijk de adem benam, de vergezichten, de geschiedenis en veelal onverharde wegen, ja, ik kan niet anders zeggen dan, wandel deze Groene Wissel!

Benieuwd naar de andere Groene Wissels die ik heb gelopen? Je vindt ze hier.

Trage Tocht Beek: over heuvels in het Rijk van Nijmegen

Route: Trage Tocht Beek: Duivelsberg, Nederrijk en ’t Grüske
Afstand: 15 km
Start: parkeerplaats Canadese begraafplaats, Zevenheuvelenweg Groesbeek
Eind: parkeerplaats Canadese begraafplaats, Zevenheuvelenweg Groesbeek

Mijn moeder en ik zijn een weekendje in het Rijk van Nijmegen en we maken deze twee dagen wandelingen met flinke hoogteverschillen. Nu hebben we de kans. De eerste wandeling is de Trage Tocht Beek. Ik heb al eerder in deze omgeving gelopen met de Trage Tocht Berg en Dal en de N70. Bij deze laatste wandeling, vier jaar geleden, hadden we moeite een parkeerplekje te vinden bij het startpunt in Beek. De Trage Tocht Beek begint ook in Beek maar wij zoeken ditmaal een parkeerplek elders aan de route en komen op de ruime parkeerplek van de Canadese begraafplaats Groesbeek uit, een paar honderd meter van de route.

Het is grijs weer en het miezert, maar echte regen is gelukkig niet voorspeld vandaag. Vol goede moed pakken we aan de Zevenheuvelenweg, die inderdaad zeer heuvelachtig oogt, de route op. We wandelen langs een immense golfbaan over de Bovve Hel naar het Groesbeekse Bos, ook wel ‘t Grüske of de But genoemd. Een bordje maant wandelaars om na 15 uur de poort te sluiten i.v.m. wilde zwijnen. Is dit om de golfbaan te beschermen tegen de enthousiast wroetende beesten?

Aan weerszijden bevindt zich de golfbaan

We trotseren de nodige klimmetjes, passeren een aantal campings en grote huizen met de meest prachtige uitzichten. Tuinen en weiden kennen grote hoogteverschillen. Je hoeft zeker niet naar Limburg voor een onhollands landschap. We komen opvallend weinig wandelaars tegen. Wel veel wielrenners en mountainbikers. We kruisen ook meerdere malen een mountainbikepad. Het is mooi mountainbiken hier!

We wandelen door Berg en Dal en vinden bij de Hanenberg (91,8 meter) bij Heerlijkheid Beek een lunchbankje met prachtig uitzicht. Ook kijken we uit op een bijzonder huis. Als we eenmaal zitten, komt dit punt ons bekend voor. De N70 is niet ver van hier.

Lunchuitzicht op Heerlijkheid Beek
Een bijzonder huis

Ook komen we opvallend meer mensen tegen. Die N70 blijft populair. We lopen langs een steile heuvelrand en beklimmen heel wat trappen. Door het Kastanjedal komen we langs het beekje de Oorsprong waarvan de oevers bezaaid zijn met bosanemonen. Een fotogeniek plekje als de zon gaat schijnen.

De Oorsprong met veel bosanemonen

In Beek drinken bij Hotel Spijker een cappuccino, onder het motto ‘laat geen koffiedrinkgelegenheid onbenut tijdens een wandeling, je weet niet wanneer je er nog een tegenkomt’. Het percentage wandelaars is hoog hier. Het is dan ook het startpunt van de N70. Na Beek maken we een aantal prachtige lussen over een klein paadje geflankeerd door meidoorn- en sleedoornstruiken. We kijken uit op de glooiende velden van het Filosofendal.

Zicht op het Filosofendal

Ook de Duivelsberg pikt deze route mee. Het is een flinke klim er naartoe. Twee hardlopers halen ons enthousiast in. Dit is een goede workout. Vanaf de 75,9 meter hoge Duivelsberg heb je een mooi uitzicht over De Duffelt, de Duitse streek tussen Nijmegen en Kleef. De naam Duivelsberg komt dan ook waarschijnlijk van Duffelsberg, toch iets minder spectaculair dan ik verwachtte.

Laatste trappen naar de Duivelsberg

Na Pannenkoekrestaurant de Duivelsberg, waar flink wat mensen zitten, wandelen we een stukje op de grens met Duitsland. Wandelaars groeten ons hier in het Duits. We lopen een stuk op met de Walk of Wisdom en het Pieterpad. Deze etappe van het Pieterpad heb ik nog niet gelopen, ik ben benieuwd in welk jaargetijde ik hier weer ben.

Verderop ligt Duitsland

Langs de Heksendans, een plek waar mensen in vroeger tijden waarschijnlijk watergeesten vereerden, lopen we weer richting de Zevenheuvelenweg over een single track dwars door de glooiende velden. Wat was dit een prachtige wandeling, zelfs op een grijze dag als vandaag. De N70 wordt gelopen als training voor bergwandelingen, maar deze Trage Tocht is een prima alternatief.

Bijna terug bij de Zevenheuvelenweg

Benieuwd naar de andere Trage Tochten die ik heb gelopen? Je vindt ze hier.

Schutpad: het eerste Klompenpad van Nederland

Route: Klompenpad Schutpad
Afstand: 4,5 km
Start: Parkeerplek tegenover Leusbroekerweg 6, Leusden
Eind: Parkeerplek tegenover Leusbroekerweg 6, Leusden

Het is een onstuimige dag maar we willen deze ochtend toch een klein rondje wandelen. Het korte Schutpad bij Leusden lijkt ons ideaal. In de basis is dit pad 3 kilometer en met verlenging 5 kilometer. Wij komen uiteindelijk op 4,5 kilometer uit. Het Schutpad is Neerlands eerste Klompenpad en is geopend in 2002. In de zomer van 2023 wordt naar verwachting het 150ste Klompenpad geopend. Er zijn er dus heel wat bijgekomen in ruim 20 jaar tijd. Op dezelfde startplaats als het Schutpad begint ook het Termatenpad, dat met 13,5 km voor nu wat te ver is. Iets voor een volgende keer.

De route is geheel onverhard en gaat door de bossen van Landgoed De Boom, over boerenland en een kerkepad. We hoopten bosanemonen te zien maar de flora bleef beperkt tot speenkuid en dovenetel.

Onderweg komen we de nodige geschiedenis tegen. Zo wandelen we langs een monument voor een neergestorte bommenwerper uit de Tweede Wereldoorlog waarbij alle bemanningsleden om het leven kwamen. Een nabijgelegen bruggetje is gemaakt van spoorrails en bielzen en verwijst naar de voormalige spoorlijn van Amersfoort naar Kesteren, die hier liep.

Monument voor de neergestorte bommenwerper
Bruggetje dat verwijst naar een voormalige spoorlijn

Via slingerende bospaadjes over Landgoed De Boom komen we bij de Heiligenbergerbeek uit. De bewoners van de huizen aan de overkant zullen in de zomer heel wat wandelaars voorbij zien komen. Naar wat ik lees, is dit een druk belopen pad. Ook de parkeerplaats waar we staan, is vaak vol. Wij komen nu welgeteld één hondenuitlater tegen en hadden de hele parkeerplaats voor onszelf. Het onstuimige weer houdt de mensen binnen.

Heiligenbergerbeek

We werpen een blik op het landhuis en lopen verder over een oud kerkepad waarover misschien al wel vanaf de 17e eeuw mensen te voet naar de kerk in Oud-Leusden gingen. Verderop wijst een bord ons op een ringslangbroeihoop. In dit gebied komen veel ringslangen voor. Ze leggen hun eitjes in mestvaalten, die echter steeds minder voorkomen. De hoop waar we nu op uitkijken moet zo`n vaalt vervangen, zodat de ringslang voldoende mogelijkheden houdt om haar eitjes te kunnen leggen. Zou het hier in de zomer krioelen van de ringslangen?

Landhuis De Boom

Ook bij dit eerste Klompenpad ontbreekt het typische klompenpadbruggetje niet dat ons naar een paadje door een weiland leidt. Kortom, alle elementen die een pad tot een Klompenpad maken, zijn aanwezig op dit allereerste pad. En een goed voorbeeld deed – ook in dit geval – volgen…. Leuk om deze eerste eens gelopen te hebben. Een ideaal pad voor een avondwandeling, nu de dagen weer gaan lengen en het voorjaarsweer eraan komt.

Klompenpadbruggetje

Benieuwd naar de andere Klompenpaden die ik heb gelopen? Je vindt ze hier.